2.3 en 2.4 Spieren en blessures I

Hoofdstuk 2 : Bewegen



§ 2.3 en 2.4
Spieren en blessures
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 2 : Bewegen



§ 2.3 en 2.4
Spieren en blessures

Slide 1 - Slide

Programma
  • Terugblik
  • Lesdoelen
  • Verwondersessie over hoe we met botten bewegen
  • Workshopsessie, opdrachten §2.3(1-10), §2.4(1-10)
  • Communicatiesessie

Slide 2 - Slide

                                 Terugblik:


Twee soorten reclame
Lay-out
Terugblik

Slide 3 - Slide

Missies
  • Zoek de docent op, zeker bij een * of een 1,1 
  • Lees altijd de opdracht helemaal
    Ga niet gewoon beginnen, maar volg de opdracht.

Wat doe je als iets niet lukt of wanneer je iets niet zeker weet???

Feedback staat in teams bij de opdracht.
In de workshopsessie ga ik iedereen die bij me roepen!

Slide 4 - Slide

Welke gewrichten ken je?

Slide 5 - Mind map

Hoe heet het OP EEN NA onderste botje van de wervelkolom
A
Staartbeen
B
De Borstwervel
C
Het lendenbotje
D
Het Heiligbeen

Slide 6 - Quiz

Wat is geen soort gewricht?
A
Zadelgewricht
B
Scharniergewricht
C
Rolgewricht
D
Balkgewricht

Slide 7 - Quiz

Welk bot zit NIET in je arm?
A
Ellepijp
B
Spaakbeen
C
Handtopbeentje
D
Handwortelbeentje

Slide 8 - Quiz

Wat is GEEN functie van het skelet?
A
Stevigheid geven
B
Vorm geven
C
Beweging mogelijk maken
D
Eten verteren

Slide 9 - Quiz

Schar-nier-gewricht
rol-gewricht
Kogel-gewricht
zadel-gewricht

Slide 10 - Drag question

Lesdoelen
Aan het eind van deze les weet je:
  • hoe een spier is opgebouwd en welke typen spierweefsels er zijn
  • hoe spieren zorgen voor beweging
  • veel voorkomende blessures te benoemen bij spieren en gewrichten en wat je er misschien aan kan doen

Slide 11 - Slide

Hoofdstuk 2 : Bewegen



§ 2.3 en 2.4
Spieren en blessures

Slide 12 - Slide

Anatomie van een spier
van klein naar groot:
  1. spiercel
  2. spiervezel (weefsel)
  3. spiervezelbundel
  4. spier (orgaan)

spiercellen

Slide 13 - Slide

Drie typen spierweefsel bij de mens
  • Glad spierweefsel
wordt niet moe
onbewust (onwillekeurig)

  • Dwarsgestreept spierweefsel
sterk
bewust (willekeurig)

  • hartspierweefsel
wordt niet moe
sterk
onbewust  (onwillekeurig)

Slide 14 - Slide

Hoe buig en strek je je arm?
Antagonisten:
Spieren kunnen alleen trekken, dus
er zijn altijd twee spieren die samen moeten
werken, die noem je antagonisten.

voorbeeld:
Arm buigen: de armbuigspier (biceps) wordt korter en dikker, de armbuigspier (triceps) ontspant zich en wordt uitgerekt.
Arm strekken: de armstrekspiers wordt korter en dikker, de armbuigspier zich ontspant en wordt uitgerekt.
Er is balans tussen de antagonisten waardoor je gecontroleerd beweegt.


Slide 15 - Slide

Blessures
Een beschadiging aan het lichaam:
botten
  • kneuzing - rust
  • breuk - herstellen

Gewrichten
  • verzwikken (verstuiken)- rust
  • ontwrichten - herstellen

Slide 16 - Slide

Blessures
Een beschadiging aan het lichaam:
Spieren en pezen
  • kneuzing (I) - rust
  • inscheuren (II) - ontlasten
  • afscheuren (III) - opereren

Slide 17 - Slide

Workshopsessie


Je maakt:
opdrachten §2.3 (1-10)
opdrachten §2.4 (1-10)

Toets in week 49! - 6 dec!

oefen en zelftest!
Hoofdstuk 2 : Bewegen
§ 2.3 en 2.4 Spieren en blessures
Toets

Slide 19 - Slide

Antwoorden SO I
1
3= onderkaak
2
Kraakbeen
3
11= lendenwervels
4
Scharnier
5
20= dijbeen
6
18= ellepijp
7
Vergroeiing
8
6= borstbeen
9
Middenvoetsbeentje
Lees de vraag!!!! ± 20 botten

Slide 20 - Slide

Antwoorden SO II
10
grafiek
11
kraakbeenweefsel
12
bescherming, vorm en stevigheid 
13
Schokken opvangen
14
onderdeel 6
15
gewrichtssmeer, soepel bewegen
16
scharniergewricht

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide