1 BK - H2.2 Spelling - hoofdletters, leestekens, lettergrepen, korte en lange klanken, meervoudd

H2 Taalverzorging 1
In dit hoofdstuk ga je meer leren over 
het verschil tussen fictie en non-fictie
  • Spelling
    Hoofdletters en leestekens
  • Lettergrepen
  • Korte en lange klanken
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H2 Taalverzorging 1
In dit hoofdstuk ga je meer leren over 
het verschil tussen fictie en non-fictie
  • Spelling
    Hoofdletters en leestekens
  • Lettergrepen
  • Korte en lange klanken

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Je leert:
  • leestekens gebruiken;
  • hoofdletters en kleine letters gebruiken
Leerdoelen
2

Slide 2 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Theorie - hoofdletters en kleine letters
2
Wanneer gebruik je een hoofdletter?
  • Aan het begin van een zin
  • Een naam;
  • Een merknaam;
  • Een stad of een land;
  • Een titel van een boek of film.

Slide 3 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Theorie - hoofdletters en kleine letters
2
Zin
De hond poept op de stoep.
Naam
Mustafa Salah, mevrouw Ten Broek
Merknaam
Apple, Pathé, Trias
Stad of land
Nederland, Suriname, Krommenie
Titel
Dagboek van een muts, Kruistocht in spijkerbroek

Slide 4 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Theorie - leestekens
2
Punt, vraagteken en uitroepteken (.?!)

Slide 5 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Theorie - klinkers en medeklinkers
2
y?
  • yoghurt
  • cowboy
  • baby

Slide 6 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Theorie - korte en lange klanken (1)
2
  • Hoor je een korte klank? Dan schrijf je één klinker



  • Hoor je een lange klank? Dan schrijf je twee klinkers
tas
vis
lus
vaas
vies
vuur

Slide 7 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Theorie - korte en lange klanken (2)
2
  • Sommige woorden hebben een korte en een lange klank



kroket
alleen
kantoor

Slide 8 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Theorie - klankgroep (1)
2
Als je een woord uitspreekt, kun je het in stukjes verdelen. 
Die stukjes noem je een klankgroep
brood
een klankgroep
kroket (kro-ket)
twee klankgroepen
hagelslag (ha-gel-slag)
drie klankgroepen

Slide 9 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Theorie - klankgroepen (2)
2
1
2
3
4
kat
au-to
vracht-wa-gen
lo-co-mo-tief

Slide 10 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Theorie - Meervoud (1)
2
  • De meeste zelfstandige naamwoorden hebben een enkelvoud en een meervoud (plant - planten, stoel-stoelen)
  • Je maakt het meervoud door -(e)n, -s of -eren achter het woord te zetten.
boek
boeken
vakantie
vakanties
kind
kinderen

Slide 11 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Theorie - Meervoud (2)
2
Sommige zelfstandige naamwoorden hebben een bijzondere meervoudsvorm!
woorden op a, i, o, u of y => 's
oma's, ski's, foto's
woorden op -s en -f
huis-huizen, erf-erven
Lange klank/korte klank?
boom-bomen, kat-katten
Veranderende klinkers
stad-steden, schip-schepen

Slide 12 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Theorie - Meervoud (3)
2
Sommige woorden hebben alleen een meervoud of enkelvoud
wiskunde, rijst
hersenen, inkomsten

Slide 13 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Theorie - Leerwoorden (1)
2
I of ie?
De meeste lange klanken schrijf je met twee klinkers.


Dat kan niet bij de i. De lange ie schrijf je soms met ie en soms met i. Deze spelling  moet je uit je hoofd leren.
bot - boot, man -maan, fut-fuut, les-lees
liter, gieter, vakantie, politie

Slide 14 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Theorie - Leerwoorden (2)
2
Au of ou?
Je kunt van twee verschillende klinkers een nieuwe klank maken: i+e wordt ie, o+e wordt oe, a+u wordt au en o+u wordt ou.
Bij ou en au hoor je dezelfde klank. Er is geen regels wanneer je welke schrijft. Deze woorden moet je uit je hoofd leren.


gauw, auto
kou, stout

Slide 15 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Leerdoel gehaald?
2
  • Maak de zelftoetsen in Learnbeat (docent moet ze klaarzetten)
  • Gaat het goed? Maak de verdiepingsopdrachten in Learnbeat
  • Kan het beter? Maak de bijspijkeropdrachten in Learnbeat

Slide 16 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.