H3L45 - 3HD - Woensdag - 3.3 Lezen

Welkom 3HD  : )


Planning van dit uur
  • Repetitie bespreken
  • Uitleg kritisch lezen van argumenten
  • Zelfstandig werken: maak opdracht 3, 4, 6 en 7 van 3.3 Lezen 
     

Aan het einde van deze les
  • weet je wat een betoog is;
  • weet je hoe je objectieve en subjectieve argumenten herkent; 
  • weet je hoe je objectieve en subjectieve argumenten kritisch leest. 

Nederlands
timer
10:00
Aankomende toetsen en opdrachten:
  • Fictie-opdracht 2 inleveren (dinsdag 4 februari)
  • SO Lezen (vrijdag 14 februari) 
  • Informatieve presentatie en discussie (vanaf 4 maart)
  • Repetitie hoofdstuk 3 (toetsweek begin april) 
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom 3HD  : )


Planning van dit uur
  • Repetitie bespreken
  • Uitleg kritisch lezen van argumenten
  • Zelfstandig werken: maak opdracht 3, 4, 6 en 7 van 3.3 Lezen 
     

Aan het einde van deze les
  • weet je wat een betoog is;
  • weet je hoe je objectieve en subjectieve argumenten herkent; 
  • weet je hoe je objectieve en subjectieve argumenten kritisch leest. 

Nederlands
timer
10:00
Aankomende toetsen en opdrachten:
  • Fictie-opdracht 2 inleveren (dinsdag 4 februari)
  • SO Lezen (vrijdag 14 februari) 
  • Informatieve presentatie en discussie (vanaf 4 maart)
  • Repetitie hoofdstuk 3 (toetsweek begin april) 

Slide 1 - Slide

Betoog
  • Doel van de schrijver: overtuigen
  • Hoe? Geloofwaardige en overtuigende argumenten (objectief: feitelijk of subjectief: mening) gebruiken
  • En: tegenargumenten weerleggen 

Slide 2 - Slide

'Ouders moeten altijd kunnen meekijken met het internet- en telefoongedrag van hun tienerkinderen.'
Eens
Oneens

Slide 3 - Poll

Bedenk één subjectief argument voor deze stelling:

'Ouders moeten altijd kunnen meekijken met het internet- en telefoongedrag van hun tienerkinderen.'

Slide 4 - Open question

Was jouw argument objectief of subjectief?
Objectief (feitelijk)
Subjectief (niet-feitelijk)

Slide 5 - Poll

Bedenk één objectief argument tegen deze stelling:

'Ouders moeten altijd kunnen meekijken met het internet- en telefoongedrag van hun tienerkinderen.'

Slide 6 - Open question

Was jouw argument objectief of subjectief?
Objectief (feitelijk)
Subjectief (niet-feitelijk)

Slide 7 - Poll

Argumenten kritisch lezen
Mening: De elektrische auto is de toekomst.
Voorargument
De elektrische auto stoot geen CO2 uit.
Tegenargument
Opladen duurt lang (feit).
Kritisch lezen bij objectieve argumenten (feiten)
Is dit waar? Is dit onderzocht? Was het een goed onderzoek? Is hetzelfde hier van toepassing?

Slide 8 - Slide

Argumenten kritisch lezen
Mening: De elektrische auto is de toekomst.
Voorargument
De elektrische auto stoot geen CO2 uit.
Tegenargument
Opladen duurt lang (feit).


Weerlegging tegenargument
Er zijn veel snellaadplekken.

Slide 9 - Slide

Argumenten kritisch lezen
Mening: De elektrische auto is de toekomst.
Voorargument
De elektrische auto stoot geen CO2 uit.
Tegenargument
Zo'n auto rijdt niet lekker (mening). 



Kritisch lezen bij een mening
Vind ik dit ook? Komt dit overeen met mijn eigen ervaring? Is dit waarschijnlijk? Waarop is dit gebaseerd? Vinden veel mensen dit?  

Slide 10 - Slide

Argumenten kritisch lezen
Mening: De elektrische auto is de toekomst.
Voorargument
De elektrische auto stoot geen CO2 uit.
Tegenargument
Een elektrische auto rijdt niet lekker (mening). 



Weerlegging tegenargument
Zelf vind ik een elektrische auto wel goed rijden.
Of: Uit onderzoek blijkt dat veel mensen geen verschil merken tussen rijden in een benzine-auto en een elektrische auto. 

Slide 11 - Slide