H1 Wat is maatschappijleer - kernbegrippen

Maatschappijleer
Mevrouw Alkema
1 / 43
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Maatschappijleer
Mevrouw Alkema

Slide 1 - Slide

Wat gaan we deze les doen?
1. Korte terugblik 1e les

2. Aan de slag met 
de kernbegrippen
 

Slide 2 - Slide

Werken met Lessonup


Log in met de cijfer code

Vul je voornaam in

Slide 3 - Slide

Huiswerk voor vandaag was
Havo: Lezen van H1 blz. 7 t/m 17

Vwo: Lezen van H1 7 t/m 15
En kijken van het filmpje over normen en waarden

Slide 4 - Slide

Voorbeeld
Maatschappelijke vraagstukken

Slide 5 - Slide

Noem de 3 kenmerken van maatschappelijke vraagstukken

Slide 6 - Open question

Maatschappijleer gaat over 
maatschappelijke vraagstukken

Kenmerken daarvan:

1. Gevolgen voor grote groepen mensen
2. Er spelen tegengestelde belangen een rol
3. Gezamenlijke aanpak nodig (rol van de overheid!)

Slide 7 - Slide

Maatschappelijk vraagstukken zijn op macroniveau:
macroniveau
microniveau
Publieke kwesties

Het zijn grootschalige vraagstukken 
Persoonlijk probleem

De gevolgen van vraagstukken op macroniveau zijn voelbaar op microniveau (individueel niveau)

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Leg het kernbegrip WAARDEN uit in je eigen woorden

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Wat is een norm?
A
Een wet
B
Een ongeschreven regel
C
Een regel die past bij een waarde
D
Het tegenovergestelde van een waarde

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Opdracht
Beschrijf in je eigen woorden wat de kernbegrippen BELANGEN, MACHT, SOCIALE ONGELIJKHEID en SOCIALE COHESIE
en
Geef bij elk kernbegrip een voorbeeld uit je eigen omgeving
- 2 tallen
- 10 minuten
- nabespreken in 4 tallen (5 min)

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Huiswerk
Havo: Maken opdrachten 8, 9, 10, 11 en 13 (Werkbladen blz. 9)

Vwo: Maken opdrachten 8, 9 en 11 
(Werkboek blz. 5)
Lezen: 2.1 en 2.2 blz.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Kernbegrippen
Machtsmiddelen
Sociale ongelijkheid
   Maatschappelijke kansen
   Inkomen
   Politieke macht
Sociale cohesie
   Verbondenheid binnen groep

Slide 24 - Slide

Maatschappelijk vraagstukken zijn op macroniveau:
macroniveau
microniveau
Publieke kwesties

Het zijn grootschalige vraagstukken 
Persoonlijk probleem

De gevolgen van vraagstukken op macroniveau zijn voelbaar op microniveau (individueel niveau)

Slide 25 - Slide

Belangentegenstellingen

Slide 26 - Slide

Belang: 
Het voordeel wat je ergens aan hebt. 

Belangentegenstellingen: 
Het belang van de één botst wel eens met het belang van de ander.

Dilemma:
een lastige keuze uit twee of meer alternatieven die allemaal duidelijke nadelen hebben.

Slide 27 - Slide

Kernconcepten
van maatschappijleer

Slide 28 - Slide

kernbegrippen maatschappijleer
  • normen en waarden
  • macht
  • sociale cohesie
  • sociale ongelijkheid

Slide 29 - Slide

Waarden en normen
Waarden en Normen
  • Waarden: Principes die jij belangrijk vindt in je leven (gezegd in één woord en positief geformuleerd).
  • Normen: Regels over hoe jij en anderen zich moeten gedragen.



Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

WAARDEN/NORMEN

Slide 32 - Slide

Macht
Macht is volgens socioloog Max Weber het vermogen van personen of groepen om andere personen, groepen of zaken de wil op te leggen, eventueel tegen de wensen of belangen van die anderen in. Het onderscheidt zich van gezag doordat gezag gelegitimeerd is.

Slide 33 - Slide

Sociale cohesie
Mensen hebben het gevoel dat ze bij elkaar horen. Hoe groter het wij gevoel des te sterker de sociale cohesie. 

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Video

Sociale ongelijkheid

Sociale ongelijkheid verklaart de wijze waarop we samenleven
Sociale ongelijkheid veroorzaakt sociale problemen
Wat zijn de gevolgen van sociale ongelijkheid?
Hoe kun je dit oplossen?



Slide 36 - Slide

Oefenen

Slide 37 - Slide

Waar zie je een norm beschreven?
A
Liefde
B
Sociale cohesie
C
Je moet klaarstaan voor je vrienden
D
In de klas staan geen computers

Slide 38 - Quiz

Een dilemma is
A
Een manier om mensen voor je te winnen
B
Een positie van macht
C
Een moeilijke keuze met veel voor- en nadelen
D
Een debattechniek

Slide 39 - Quiz

Sociale cohesie is
A
De samenhang tussen mensen
B
De manier waarop mensen naar armoede kijken
C
De verschillen tussen groepen
D
De bevolkingsdichtheid in een stad

Slide 40 - Quiz

Wat is macht?

Slide 41 - Open question

Als we een WK-voetbal finale winnen zie je juist..
A
Weinig sociale cohesie
B
veel sociale cohesie
C
een wij-groep tegen een zij-groep

Slide 42 - Quiz

In de stad is meer sprake van ____ dan op het platteland.
A
Loyaliteit
B
Sociale cohesie
C
Anonimiteit
D
Rolpatronen

Slide 43 - Quiz