2MB - §3.4 "De crisistijd"

§3.4 'De crisistijd'
NIEUW
1 / 41
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

§3.4 'De crisistijd'
NIEUW

Slide 1 - Slide


Duitsland 
1924-1929



  • Politiek en economisch gaat het beter met het land
  • Duitsland is in 1926 lid van de Volkenbond geworden
  • De Amerikanen steunen de Duitse economie met het Dawesplan
  • Mensen hebben weer vertrouwen in de democratie. 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide


Crisis in de wereld 
vanaf 1929



  • Door overproductie van fabrieken, veel kopen op afbetaling en teveel vertrouwen in aandelenhandel, klapt de Amerikaanse economie in elkaar.
  • Landen die veel met de VS handelen, worden de crisis mee in gesleept... 

Slide 9 - Slide

0

Slide 10 - Video

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Economische crisis
1929
- Beurskrach in Verenigde Staten
- Crisis slaat over naar Europa
- Duitsland extra zwaar getroffen 

Slide 13 - Slide

Extremen
  • Veel onrust, onzekerheid en ontevredenheid in Europa.
  • De 'gewone oplossingen' werken niet meer.
  • Dus... mensen gaan op zoek naar extremen in de hoop dat dit wel werkt.
  • Bijvoorbeeld in de politiek... 
Er staat: "Onze laatste hoop: HILTER"

Slide 14 - Slide

Fascisme
Een politieke beweging
Uit Italië 
Leider: Mussolini of ‘Il duce’


‘Fasces’= een bundel roeden samengebonden rond een bijl.
Romeins machtssymbool.

Hoe onthouden? Aardappelhoofd!

Slide 15 - Slide

Fascisme
Kenmerken fascisme:
  • Extreem-nationalistisch
  • Militaristisch
  • Antidemocratisch
  • Eén leider principe
  • Verheerlijking geweld (bv. knokploegen)
  • Totalitair

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Slide

Nationaal socialisme

Een politieke beweging
Uit Duitsland 
Leider: Hitler of ‘der Führer’


NAtionalsoZIalistische Deutsche Arbeiterpartei
NSDAP 
Nazi's 
Hoe onthouden? Snorretje en :(

Slide 19 - Slide

NSDAP
  • Mussolini is grote voorbeeld van Hitler: DAP wordt fascistische NSDAP
  • In chaos van economische crisis (1923) probeert hij een staatsgreep te plegen
  • Gevangenschap gebruikt hij om boek te schrijven: Mein Kampf
  • Kern: 
  • 1. Afschaffen democratie
  • 2. Joden zijn overal schuldig aan
  • 3. Lebensraum voor Duits volk
  • Volksgemeinschaft 

Slide 20 - Slide

Nationaal socialisme

Kenmerken Nazi's:
  • Extreem-nationalistisch
  • Militaristisch
  • Antidemocratisch
  • Eén leider principe
  • Verheerlijking geweld (bv. knokploegen)
  • Totalitair
  • Racistisch 
  • antisemitisme 

Slide 21 - Slide

Discrimineren

Het maken van onderscheid

Slide 22 - Slide

Discrimineren

Het maken van onderscheid tussen mensen en daarbij de groepen mensen verschillend behandelen

 

Slide 23 - Slide

Antisemitisme

Haat tegen joden

Anti = tegen
Semitisch = talengroep uit het Midden-Oosten, o.a, Joods
1389

Slide 24 - Slide

aan de macht
  • Hitler kwam in 1933 aan de macht > herstel Duitsland
  • Verdrag van Versailles negeren
  • werkverschaffing (snelwegen, wapens, leger)
  • alleenheerser > Führer (leider) 

Slide 25 - Slide

Dictatuur in Duitsland
  • Hitler kreeg absolute macht
  • intimidatie tegenstanders 
  •  concentratiekampen voor tegenstanders met SS 
  • Indoctrinatie onder bevolking 
  • Propaganda controleerde radio, tv, films, kranten, scholen
bangmakerij 
Schutzstaffel. Veiligheidseenheid van Hitler
Ideeën opdringen onder bevolking

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Nederland
  • Anton Mussert werd geïnspireerd door Hitler; crisis raakte NL ook
  • richtte NSB op (Nationaalsocialistische Beweging)
  • kopie van NSB; geen grote aanhang in NL
  • enig toegestane partij tijdens WOI

Slide 36 - Slide

§3.4 'De crisistijd'
Oefenvragen

Slide 37 - Slide

Langdurige achteruitgang van de economie met dalende productie en hoge werkloosheid
A
Beurskrach
B
Drooglegging
C
Depressie

Slide 38 - Quiz

De beurskrach op Wall Street vond plaats in?
A
1927
B
1929
C
1931
D
1933

Slide 39 - Quiz

Koppen de beschrijving aan het juiste begrip.
Blitzkrieg
Nationaal-socialisme
Vrede van Versailles
Totale oorlog
Niet-aanvalsverdrag
Een verdrag waarmee de Eerste Wereldoorlog formeel werd beëindigd. Dit was een verdrag tussen Duitsland en de geallieerden. Het vond plaats op 18 januari 1919.
Snelle verrassingsaanval met een sterk leger, zodat de vijand snel verslagen kan worden.
Het gedachtegoed van Hitler en de nazi’s. Zij waren tegen een staat met verkiezingen en tegen joden. Zij wilden meer levensruimte voor de Duitsers.
Verdrag tussen Rusland en Duitsland om elkaar niet aan te vallen in Polen.
Ook de burgers die niet in de oorlog vochten of in oorlogsgebied woonden waren betrokken bij de oorlog.

Slide 40 - Drag question

Sleep het begrip naar de juiste omschrijving.
1. Liefde voor het eigen volk. 
2. Verheerlijking van alles wat met het leger te maken heeft. 
3.  Besluiten worden door één man gemaakt en opgelegd van bovenaf. 
4. Tegen de democratie en voor een vorm van dictatuur
Antidemocratisch
Nationalistisch
Eén leider principe
Militaristisch

Slide 41 - Drag question