In het bestuur van de Republiek waren rijke burgers uit de steden heel belangrijk. Maar niet iedereen was rijk. In de steden van de Republiek waren vier sociale lagen.
• De kleinste groep vormden de rijke kooplieden. Zij investeerden hun geld telkens in nieuwe handelswaar of ondernemingen en werden zo steeds rijker. Ze woonden meestal in prachtige grachtenhuizen en zaten ook in het bestuur van de steden en de gewesten.
• Onder deze groep kwam een veel grotere groep van winkeliers en ambachtslieden. Zij profiteerden ook van de welvaart en verkochten veel producten. Vaak woonden ze boven hun winkel of werkplaats.