Herhaling

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

Herhaling thema 8: regeling

Uit welke 5 onderdelen bestaat ons zenuwstelsel?

Noem zo veel mogelijk prikkels

Welk onderdeel is de cellichaam van de zenuwcel?

1. Het groene
2. Het rode
3. Het paarse
4. De zwarte sprietjes

Welk onderdeel is de uitloper van de zenuwcel?

1. Het groene
2. Het rode
3. Het paarse
4. De zwarte sprietjes

Welke letter geeft de hersenstam aan?

1. a
2. b
3. c
4. Geen van allen

Wat is een reflex?

1. een vaste snelle reactie op een prikkel
2. als je naar iemand toeloopt
3. als je bewust een bal oppakt
4. als je iemand terugslaat

Vul de juiste benamingen in per letter

 minder goed

 sneller

 anders

Hersenen werken:

Uppers

Downers

Trippers

Verdovend

Stimulerend

Hallucinerend

Wat is een geestelijke afhankelijkheid voor drugs?

1. Je krijgt afkickverschijnselen
2. het gevoel dat je niet zonder kunt
3. Je moet steeds meer gebruiken om te voelen
4. Je hebt een bad trip

Welke weg lopen reflexen?

1. zintuigcellen - ruggenmerg - zenuwen - spieren
2. zintuigcellen - zenuwen - ruggenmerg - zenuwen - spieren
3. spieren - zenuwen - ruggenmerg - zenuwen - zintuigcellen
4. zintuigcellen - zenuwen - ruggenmerg - hersenen - zenuwen - spieren

Juist of onjuist: De grote hersenen spelen een rol bij het coördineren van bewegingen.

1. Juist
2. Onjuist

Juist of onjuist: Zenuwen horen bij het centrale zenuwstelsel.

1. Juist
2. Onjuist

Welk orgaan zorgt voor het regelen van de bloedsuikerspiegel?

1. Bijnieren
2. Eilandjes van Langerhans
3. Teelballen
4. Eierstokken

Wat is de functie van hormoonklieren?

1. Produceren hormonen
2. Regelen de werking van bepaalde organen
3. Regelen snelle processen
4. Zorgen ervoor dat je verandert in de puberteit

Hoe worden hormonen verspreid?

1. Wordt op de juiste plek geproduceerd
2. Via zweetklieren
3. Via lymfe
4. Via bloed

Welk hormoon wordt door de bijnieren geproduceerd?

Ik ruik friet. Hoe noem ik dat?

1. Prikkel
2. Impuls
3. Zenuw
4. Uitloper

Waarmee zijn de meeste zenuwen verbonden?

1. Grote hersenen
2. Kleine hersenen
3. Ruggenmerg
4. Hersenstam

In welke twee richtingen worden door een gemengde zenuw impulsen doorgegeven?

1. van centrale zenuwstelsel naar spieren en klieren
2. van het ruggenmerg naar de hersenen
3. van spieren en klieren naar centrale zenuwstelsel
4. van zintuigen naar centrale zenuwstelsel

Welk deel van de hersenen kan als verlenging van het ruggenmerg worden gezien?

1. De grote hersenen
2. De kleine hersenen
3. Hersenstam
4. Zenuwen