Thema 5

Engels
Vorige lessen:
Veel woorden geleerd die te maken hebben met gezondheid en ziekte

Doel van deze les:

Korte Engelse zinnen kunnen maken die te maken hebben met gezondheid en ziekte.
1 / 12
next
Slide 1: Slide
EngelsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Engels
Vorige lessen:
Veel woorden geleerd die te maken hebben met gezondheid en ziekte

Doel van deze les:

Korte Engelse zinnen kunnen maken die te maken hebben met gezondheid en ziekte.

Slide 1 - Slide

Zet de woorden in de goede volgorde.
Maak er een goede Engelse zin van

Ik ben ziek
1
2
3
I
ill
am

Slide 2 - Drag question

Wat is er aan de hand?
1
2
3

4

the
matter?
what
is

Slide 3 - Drag question

Zin 1:

Mum, I don't ................ well
A
feel
B
look
C
feeling
D
doctor

Slide 4 - Quiz

Zin 2:

What is .............................
A
er aan de hand?
B
the matter?
C
the feeling?
D
the appointment?

Slide 5 - Quiz

Zin 3:

I have (een zere keel)
A
pain in my throath
B
troathpain
C
a soar throath
D
pain in my back

Slide 6 - Quiz

Zin 4A:

You are not ......... to school today
A
go
B
having
C
have
D
going

Slide 7 - Quiz

Zin 4B:

I am going ............. the doctor
A
to appointment
B
to call
C
to text
D
to mail

Slide 8 - Quiz

Zin 4C:

I must go to the chemist's to get a
A
drugs
B
pill
C
medicine
D
tablet

Slide 9 - Quiz

Zin 5A:

You must ..... at school at 8.
A
are
B
is
C
am
D
be

Slide 10 - Quiz

Zin 5B


Hurry up. It's late. Brush .................... in the bathroom
A
your teeth
B
your feet
C
your hair
D
your legs

Slide 11 - Quiz

Zin 5C:

Put on your ............. because it's cold
A
clothes
B
sweater
C
pants
D
jacket

Slide 12 - Quiz