Introductie tijdvak 9

Plattegrond (toets komt na overleg)
1 / 13
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Plattegrond (toets komt na overleg)

Slide 1 - Slide

Deze periode

8.6
Tijdvak 9
Tijdvak 10
vaardigheden

* wekelijks weer opdrachten voor punten
Toetsen

In de week van 22 mei:
Toets hoofdstuk 9

In toetsweek 3
Tijdvak 5-10
SE 15%
voortgang 3

Slide 2 - Slide

Vorige les
- verschil kolonisatie en imperialisme
- modern imperialisme dat verband houdt met de industrialisatie
- oorzaken
- mening

Slide 3 - Slide

Vandaag

uur 1
introductie tijdvak 9
(opdracht in tweetallen)

Volgende week 
- toets bespreken


uur 2
  • Aantekeningen maken in je schrift bij de Eerste Wereldoorlog
  • Opdrachten maken uit je boek 
  • Stukje 'they shall not grow old'' 

Slide 4 - Slide

Opdracht
We vervolgen de moderne tijd in de twintigste eeuw, wellicht de bloedigste eeuw uit de geschiedenis van de mensheid. De Eerste Wereldoorlog, Russische Revolutie en de Tweede Wereldoorlog, zijn slechts voorbeelden uit de periode 1900 tot 1950. 

In deze werkvorm ga je een overzicht maken van de periode 1900-1950. 
Doorloop de 5 verschillende rondes. Ik zet steeds een timer, als je al iets eerder klaar  bent, mag je doorgaan.

Waarom: je maakt de kennis die je al hebt weer''  wakker'' en je maakt een chronologische kapstok om straks nieuwe informatie aan op te hangen.

Slide 5 - Slide

Historische vaardigheden
1. Chronologie en kenmerkende aspecten
2. Causaliteit (oorzaak en gevolg)
3. Werken met bronnen 
4  Continuïteit en verandering
5. Standplaatsgebondenheid

Slide 6 - Slide

Ronde 1 
(10 minuten)

Bij de periode 1900-1950  horen acht  verschillende kenmerkende aspecten. Deze vind je achter in
het hoofdstuk. 

Schrijf deze kenmerkende aspecten over onder de tijdbalk
timer
5:00

Slide 7 - Slide

Ronde 3: gebeurtenissen
  • Lees de gebeurtenissen die staan bij ronde 3.
  • Bedenk en/of check in je boek waar op de gebeurtenis op de tijdbalk hoort.

  • Plaats het nummer van de gebeurtenis op de juiste plek in de tijdbalk.

Slide 8 - Slide

Ronde 2
Geef de kenmerkende aspecten nu een kleur: 
rood voor politiek, 
groen voor cultureel en
 geel voor
economisch
(of schrijd het woord het erachter)

Slide 9 - Slide

Ronde 3 gebeurtenissen
  • De gebeurtenissen van ronde 3 vonden allemaal plaats in de periode 1900 tot 1950. 
  • Plaats het nummervan de gebeurtenis op de juiste plek in de tijdbalk.

Slide 10 - Slide

Ronde 4:
 Belangrijke personen.  
Bij ronde 4 staan enkele
beschrijvingen. 

Plaats het nummer van de beschrijving bij de juiste persoon

Slide 11 - Slide

Ronde 5: kernbegrippen
Een aantal kernbegrippen zijn
opgenomen in de tijdbalk.

Geef per kernbegrip aan:
- wat de definitie van het begrip is;
- bij welke persoon het begrip past (door een lijn te trekken) en;
- bij welke gebeurtenis het begrip past (door een lijn te trekken)

Slide 12 - Slide

Nabespreken
wat heb je geleerd? Welke ontwikkelingen zie je?
Hoe: hoe hebben jullie het gedaan? Wat deden jullie waardoor het goed ging?
Waarom: zo krijg je een beter beeld van de nieuwe historische periode

Slide 13 - Slide