Pak je informatieboek, werkboek en schrift op tafel
iPad blijft in je tas
1 / 18
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1
This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Goedemorgen!
Ga op je plek zitten
Pak je informatieboek, werkboek en schrift op tafel
iPad blijft in je tas
Slide 1 - Slide
Wie loopt ’s morgens op vier, ’s middags op twee en ’s avonds op drie benen?
Slide 2 - Slide
Ik ben overal, maar ik kom nooit dichtbij. Je kunt me niet zien, maar je kunt me horen. Ik breng mensen samen, maar ik kan ook scheiding brengen. Wat ben ik?"
Slide 3 - Slide
Hoofdstuk 3: De Grieken
§3.1 De Griekse wereld
tijdvak: Tijd van Grieken en Romeinen
jaartallen: 3000 v.C. tot 500 n.C.
periode: oudheid
Slide 4 - Slide
Plan vandaag
Introductie Griekse stadstaat
Lezen H3.1
Uitleg H3.1
Leerdoelen:
- Je kunt uitleggen je waardoor in Griekenland zelfstandige stadstaten ontstonden.
- Je kunt verklaren waarom de Grieken zich verspreidden over een groot gebied.
Slide 5 - Slide
Griekse polis
Het Griekse landschap bestaat uit zee en bergen
De steden werden moeilijk door andere steden veroverd
Iedere stad werd zijn eigen kleine staat: stadstaat
De grieken noemden zo'n stadstaat een polis (πόλις)
Slide 6 - Slide
Griekse polis (kenmerken)
Stadstaat was: - Landbouwstedelijke samenleving - Zelfstandig: had een eigen bestuur en leger - Gebouwd rondom de akropolis (hoger gelegen plein) - Landbouw buiten de stad - Meest bekende stadstaten: Athene, Sparta en Korinthe.
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Griekse polis
Door bevolkingsgroei niet genoeg eten
Nieuwe nederzettingen bouwen: begin kolonisatie
Kolonie: gebied waar een groep mensen zich vestigt, in dit geval langs de Middellandse Zee
Kolonies worden ook zelfstandige stadstaten
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
Huiswerk
17-11: inleveren strip H2 Egypte
22-11: maak opdrachten 1 t/m 6
Slide 11 - Slide
Wat is het tijdvak van H3
A
Tijd van Egypte en Grieken
B
Tijd van Grieken en Romeinen
C
Tijd van Stadstaten en Rome
D
Tijd van Gerechten en Recepten
Slide 12 - Quiz
Welke jaartallen horen bij dit hoofdstuk
A
tot 3000 v.C.
B
500 v.C tot 3000 n.C
C
3000 v.C. tot 500 n.C
D
500v.C tot 1000 n.C.
Slide 13 - Quiz
Hoe heet de periode van hoofdstuk 3
A
prehistorie
B
steentijd
C
antiek
D
oudheid
Slide 14 - Quiz
Wat is een polis?
A
een kerk
B
een stadstaat
C
een land
D
een tempel
Slide 15 - Quiz
Wat is een stadstaat?
Kenmerken van Griekse stadstaten
A
Een stad die zichzelf bestuurt
B
Een stad met omliggend platteland die zichzelf bestuurt.
C
Een Griekse stad
D
Een vereniging van steden die zichzelf besturen
Slide 16 - Quiz
Waarom begonnen de Griekse stadstaten in de 8e en 9e eeuw v. Chr. met kolonisatie?
A
Ze wilde meer gebied veroveren
B
Ze wilde hun cultuur verspreiden
C
Er was niet genoeg voedsel voor iedereen
D
Mensen waren ontevreden met het bestuur
Slide 17 - Quiz
De Grieken stichtten kolonies langs de kusten van de Middellandse Zee. (Bron 1)
Welke letters gaan over oorzaken van de Griekse kolonisatie
A
De Grieken kwamen in aanraking met andere volken.
B
De Grieken hadden geldeconomie
C
De Griekse boeren konden onvoldoende voedsel produceren.