H9 - §9.3 Vervangingsweerstand

9.3 Vervangingsweerstand

1 / 30

Slide 1: Slide

NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

9.3 Vervangingsweerstand

Slide 1 - Slide

Je leert ...

de vervangingsweerstand uitrekenen van weerstanden in serie;
de vervangingsweerstand uitrekenen van parallel geschakelde weerstanden;

Slide 2 - Slide

Discussievraag

Hoe kan het dat een apparaat met heel veel weerstanden toch een kleine weerstand heeft?

Slide 3 - Slide

Vervangingsweerstand Serieschakeling

Vervangingsweerstand is de totale weerstand

in een schakeling.

Slide 4 - Slide

Vervangingsweerstand Serieschakeling

Vervangingsweerstand is de totale weerstand

in een schakeling.

De vervangingsweerstand van twee weerstanden in serie is gelijk aan:

waarin:
R_v = vervangingsweerstand (Ω)
R₁ = weerstand van onderdeel 1 (Ω)
R₂ = weerstand van onderdeel 2 (Ω)

R^{​ v ​ ​} = R^{​ 1 ​ ​} + R^{​ 2 ​ ​}

Slide 5 - Slide

Serieschakeling

Bereken de vervangingsweerstand.

Slide 6 - Slide

Serieschakeling

Gegeven: R1 = 20 Ω, R2 = 70 Ω

Gevraagd: Rv

Formule:

Berekening:

Antwoord: de vervangingsweerstand is 90 Ω

R^{​ v ​ ​} = R^{​ 1 ​ ​} + R^{​ 2 ​ ​}

R^{​ v ​ ​} = 20 + 70 = 90

Slide 7 - Slide

Voorbeeldopgave Serieschakeling (2/2)

(U = I \cdot R I^{​ t o t ​ ​} = I^{​ 1 ​ ​} = I^{​ 2 ​ ​})

I^{​ t o t ​ ​} = \frac{​ U ^{​ t o t ​ ​} ​ ​}{​ R ^{​ v ​ ​} ​} = \frac{​ 1 8 ​ ​}{​ 9 0 ​} = 0, 20 A

U^{​ 1 ​ ​} = I^{​ 1 ​ ​} \cdot R^{​ 1 ​ ​} = 0, 20 \cdot 20 = 4, 0 V

U^{​ 2 ​ ​} = I^{​ 2 ​ ​} \cdot R^{​ 2 ​ ​} = 0, 20 \cdot 70 = 14 V

Slide 8 - Slide

Vervangingsweerstand parallelschakeling

Vervangingsweerstand is de totale weerstand

in een schakeling.

Slide 9 - Slide

Vervangingsweerstand parallelschakeling

Vervangingsweerstand is de totale weerstand

in een schakeling.

De vervangingsweerstand van twee weerstanden parallel is gelijk aan:

waarin:
R_v = vervangingsweerstand (Ω)
R₁ = weerstand van onderdeel 1 (Ω)
R₂ = weerstand van onderdeel 2 (Ω)

\frac{​ 1 ​ ​}{​ R ​}^{​ v ​ ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ R ​}^{​ 1 ​ ​} + \frac{​ 1 ​ ​}{​ R ​}^{​ 2 ​ ​}

Slide 10 - Slide

Parallelschakeling

Bereken de vervangingsweerstand.

18 V

Slide 11 - Slide

Parallelschakeling

Gegeven: R1 = 30 Ω, R2 = 60 Ω

Gevraagd: Rv

Formule:

Berekening:

Antwoord: de vervangingsweerstand is 20 Ω

\frac{​ 1 ​ ​}{​ R ​}^{​ v ​ ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ R ^{​ 1 ​ ​} ​} + \frac{​ 1 ​ ​}{​ R ^{​ 2 ​ ​} ​}

\frac{​ 1 ​ ​}{​ R ​}^{​ v ​ ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 0 ​} + \frac{​ 1 ​ ​}{​ 6 0 ​} = 0, 05

R^{​ v ​ ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 0 , 0 5 ​} = 20 Ω

18 V

Slide 12 - Slide

Vervangingsweerstand gemengde schakeling

R^{​ v, 12 ​ ​} = R^{​ 1 ​ ​} + R^{​ 2 ​ ​}

\frac{​ 1 ​ ​}{​ R ​}^{​ v ​ ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ R ^{​ 1, 2 ​ ​} ​} + \frac{​ 1 ​ ​}{​ R ​}^{​ 3 ​ ​}

Slide 13 - Slide

Oefenopgave

Een leerling maakt de volgende schakeling:

Bereken de totale stroomsterkte door de schakeling.

R₁₌

R₂₌

R₃₌

timer

7:00

Slide 14 - Slide

uitwerking oefenopgave

Gegeven: R₁=40Ω, R₂=40Ω, R₃=60Ω

Gevraagd: I₁, I₂, I₃

Formule:

Berekening:

\frac{​ 1 ​ ​}{​ R ​}^{​ v ​ ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ R ^{​ 1 ​ ​} ​} + \frac{​ 1 ​ ​}{​ R ^{​ 2 ​ ​} ​}

I = \frac{​ U ​ ​}{​ R ^{​ v ​ ​} ​}

\frac{​ 1 ​ ​}{​ R ​}^{​ v, 1, 2 ​ ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 0 ​} + \frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 0 ​} = 0, 05

R^{​ v, 1, 2 ​ ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 0 , 0 5 ​} = 20 Ω

I^{​ t o t ​ ​} = \frac{​ U ​ ​}{​ R ^{​ v, t o t ​ ​} ​} = \frac{​ 2 0 ​ ​}{​ 8 0 ​} = 0, 25 A

R^{​ v, t o t ​ ​} = R^{​ v, 1, 2 ​ ​} + R^{​ 3 ​ ​}

R^{​ v, t o t ​ ​} = 20 + 60 = 80 Ω

Slide 15 - Slide

Aan de slag!

- Afmaken 9.1:

19, 21, 23, 25, 26, 28, 30, 32

- Maken 9.2:

36, 37, 38, 41, 43, 45, 49, 52, 54, 55, 56, 57, 59

- Maken 9.3:

64, 66, 68, 72, 79

Slide 16 - Slide

In welk schema geeft lamp 1 meer licht.

Schema A of B

Invullen op de volgende pagina.

Slide 17 - Slide

In welk schema geeft lamp 1 meer licht?

Schema A

Schema B

Slide 18 - Quiz

Wat is de vervangingsweerstand

20 Ohm

5 Ohm

7,5 Ohm

10 Ohm

Slide 19 - Quiz

Hoeveel stroom geeft de Ampere meter aan.

12 Amp

0,12 Amp

0,83 Amp

1,2 Amp

Slide 20 - Quiz

Je hebt drie weerstanden R1 = 50 Ω, R2 = 100 Ω en R3 = 150 Ω. Bereken de vervangingsweerstand als deze weerstanden zijn geschakeld volgens de
schakeling in figuur 2d. (geheel getal)

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide

Je hebt drie weerstanden R1 = 50 Ω, R2 = 100 Ω en R3 = 150 Ω.
Bereken de totale weerstand als deze weerstanden zijn geschakeld volgens de
schakeling in figuur 2b.

Slide 23 - Open question

Slide 24 - Slide

Je hebt drie weerstanden R1 = 50 Ω, R2 = 100 Ω en R3 = 150 Ω.
Bereken de totale weerstand als deze weerstanden zijn geschakeld volgens de
schakeling in figuur 2c.

Slide 25 - Open question

Slide 26 - Slide

Bekijk de schakeling van figuur 3 met twee weerstanden.
R1 heeft een waarde van 12 Ω en de totale weerstand van
deze schakeling is gelijk aan 4 Ω.
Bereken de waarde van weerstand R2.

3 Ω

8 Ω

6 Ω

16 Ω

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Slide

Je kunt ...

de vervangingsweerstand uitrekenen van weerstanden in serie:
de vervangingsweerstand uitrekenen van parallel geschakelde weerstanden;

Slide 29 - Slide

Ja, dat kan ik!

😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Poll

H9 - §9.3 Vervangingsweerstand

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Open question

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Open question

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Poll

More lessons like this

H9 - §9.3 Vervangingsweerstand

9.3

H9 - §9.3 Vervangingsweerstand

les 5 H9 par. 9.3

9.3

w25 Pie 3K De wet van Ohm

7. Weerstanden serie en parallel deel 2

H6.3 uitwerkingen