communiceren

Communiceren
1 / 29
next
Slide 1: Slide
Dienstverlening en zorgMBOStudiejaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Communiceren

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Waar denk jij aan bij communicatie

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Slide 3 - Video

This item has no instructions

Hiernaast zie je het communicatiemodel
Zet de begrippen in het juiste vak
timer
0:30
boodschap
zender
ontvanger

Slide 4 - Drag question

This item has no instructions

Uitleg communicatiemodel

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

4 soorten communicatie
1. Eenzijdige communicatie
2. Tweezijdige communicatie
3. Verbale communicatie
4. Non-verbale communicatie 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Verbale communicatie
Non-verbale communicatie
Woorden
Lichaamstaal

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Slide 10 - Video

This item has no instructions

Ruis
Als de boodschap niet goed overkomt, dan is er sprake van ruis.





Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Op welke manieren kan ruis ontstaan in de communicatie?

Slide 13 - Mind map

This item has no instructions

Ruis door...
- Moeilijk taalgebruik of onduidelijk praten.
- De ontvanger let niet op of is niet geconcentreerd.
- Er is te veel lawaai.
- Boodschap is niet duidelijk omschreven: de zender en de ontvanger hebben andere ideeën bij dezelfde woorden.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Tips om ruis te voorkomen
- Bereid het gesprek goed voor
- Verplaats je in de ontvanger en pas je woordgebruik aan
- Controleer of de boodschap is overgekomen door vragen te stellen
- Concentreer je bij het luisteren en check of je de boodschap goed hebt begrepen

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Woorden zijn belangrijk, maar de manier waarop je iets zegt maakt ook zeker uit.

Kijk maar eens naar het volgende filmpje

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Video

1 of 2 minuut laten zien is wel voldoende om een indruk te krijgen
Wat viel op?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Nu een paar stellingen
Vul bij iedere stelling of je dit 'vaak', 'soms' of 'nooit' doet.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Ik praat met sommige mensen gemakkelijker dan met andere.
Vaak
Soms
Nooit

Slide 20 - Poll

This item has no instructions

Ik blijf doorgaan met het vertellen van mijn verhaal ook al merk ik eigenlijk dat niemand naar mij luistert.
Vaak
Soms
Nooit

Slide 21 - Poll

This item has no instructions

Ik laat anderen uitpraten voordat ik wat zeg
Vaak
Soms
Nooit

Slide 22 - Poll

This item has no instructions

Ik kijk een ander aan als ik met hem aan het praten ben.
Vaak
Soms
Nooit

Slide 23 - Poll

This item has no instructions

Als ik iets niet begrijp, vraag ik om herhaling of uitleg
Vaak
Soms
Nooit

Slide 24 - Poll

This item has no instructions

Ik durf overal vrij gemakkelijk als eerste het woord te nemen.
Vaak
Soms
Nooit

Slide 25 - Poll

This item has no instructions

Ik luister goed als een ander iets aan het vertellen is.
Vaak
Soms
Nooit

Slide 26 - Poll

This item has no instructions

Ik laat door mijn non-verbale gedrag merken dat ik luister
Vaak
Soms
Nooit

Slide 27 - Poll

This item has no instructions

Ik let op de non-verbale signalen van de ander als we in gesprek zijn
Vaak
Soms
Nooit

Slide 28 - Poll

This item has no instructions

Ik begrijp een ander ook zonder woorden
Vaak
Soms
Nooit

Slide 29 - Poll

This item has no instructions