Deviant Kies 2: Thema 4 , Les 3 Arbeidsvoorwaarden

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 1

Wat is een werknemer?

1. Het bedrijf waarvoor je werkt
2. Je eigen bedrijf hebben
3. voor een bedrijf werken
4. iemand die niet geeft maar neemt

Wat is een werkgever?

1. Het bedrijf waarvoor je werkt
2. Je eigen bedrijf hebben
3. voor een bedrijf werken
4. iemand die niet geeft maar neemt

Wat gaan we vandaag doen?

Les 3: Arbeidsovereenkomst

- wat staat er in een arbeidsovereenkomst?

- welke wetten en regels gelden voor ontslag?

- wat is het verschil tussen netto en bruto loon?

Wat is een
arbeidsovereenkomst

Arbeidsovereenkomst

Arbeidsvoorwaarden

Bepaalde tijd

Onbepaalde tijd

Een document waarin afspraken tussen een werknemer en werkgever staan.

De afspraken tussen een werknemer en werkgever.

Tijdelijke arbeidsovereenkomst

Vast contact (contract zonder einddatum)

Ontslag 

Een arbeidsovereenkomst (contract) kan niet zonder reden worden opgezegd. Het contract loopt tot een bepaalde of onbepaalde datum. Tenzij.... Kijk het volgende filmpje!

Opdrachten 

Opdracht 1. blz. 137 

Opdracht 2. blz. 139

Maak de opdracht samen met je buurman of buurvrouw. 

Leerdoelen vorige les

Les 3: Arbeidsovereenkomst

- wat staat er in een arbeidsovereenkomst?

- welke wetten en regels gelden voor ontslag?

Noem 1 onderwerp die je kan vinden in een arbeidsovereenkomst.

Vandaag gaan we leren wat het verschil is tussen bruto en netto (loon)

Een ander woord voor loon is:

1. bankrekening
2. salaris
3. belasting
4. werkgever

Hoe vaak krijg je je loon uitbetaald?

Meerder antwoorden mogelijk..

1. Wekelijks
2. Dagelijks
3. Jaarlijks
4. Maandelijks

Het brutoloon is het salaris wat je met je werkgever (baas) hebt afgesproken?

1. Waar
2. Niet waar

Het brutoloon is net zoveel als het nettoloon?

1. Waar
2. Niet waar

Je betaalt belasting, dat gaat van je brutoloon af?

1. Waar
2. Niet waar

Als de belasting van je brutoloon af is, blijft je nettoloon over?

1. Waar
2. Niet waar

Als je loon gestort wordt, is dat je brutoloon?

1. Waar
2. Niet waar

Opdrachten

Opdracht 3. blz. 141-142

Opdracht 1 blz 144 

Opdracht 2 blz  145 

Noem 2 redenen om op staande voet ontslagen te worden: