H2: De Romeinen

H2: De Romeinen

Tijdvak: Grieken en Romeinen
1 / 36
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1

This lesson contains 36 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

H2: De Romeinen

Tijdvak: Grieken en Romeinen

Slide 1 - Slide

Hoofdstuk 2: De Romeinen
Paragrafen:

- 2.1. Van stad tot wereldrijk 
- 2.2. Samenleving en cultuur
- 2.3. De opkomst van het Christendom
- 2.4. Romeinen en Germanen (Nederland)




Slide 2 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
- Kennismaken met H2.
- Wat weten jullie al van de Romeinen?
- 'Begrippenestafette'
- Tijd over? Even wat voor jezelf...

Slide 3 - Slide

'Begrippenestafette'
- 4 Teams (allemaal een tafel).
- Om de beurt naar voren komen (aan tafel gaan zitten).
- Boek voor je nemen...
- Omschrijving begrip, jaartal of persoon op het bord.
- Zo snel mogelijk antwoord opzoeken in H2.
- Wie het eerste is, drukt zo snel mogelijk op de bel.
- Goed geantwoord? = 1 punt!

Slide 4 - Slide

Jaartal:
Tijdvak 2, die van de Grieken en de Romeinen, begint...

(Noem het jaartal...)

Slide 5 - Slide

Begrip:
De Romeinen geloofden in meerdere goden, de goden die extra belangrijk waren noemden ze destijds staatsgoden, deze vielen onder de ... godsdienst.

(Noem het begrip)

Slide 6 - Slide

Jaartal:
Het West-Romeinse rijk valt in... hiermee beginnen de Middeleeuwen. 

(Noem het jaartal...)

Slide 7 - Slide

Jaartal:
Julius Caesar verovert Gallië (Frankrijk)

(Noem het jaartal...)

Slide 8 - Slide

Jaartal:
Vanaf welk jaartal begonnen zo ongeveer de Romeinse veroveringen in (West) Europa?

(Noem het jaartal).

Slide 9 - Slide

Persoon:
Legeraanvoerders van Rome kregen steeds meer macht, één van deze aanvoerders trok alle macht naar zich toe, schafte de senaat af en benoemde zichzelf tot keizer. 

Wie was deze persoon?

(Noem zijn naam)


Slide 10 - Slide

Begrip:
Germaanse volkeren uit Noord-Europa (Nederland, Duitsland, Scandinavië) vielen het Romeinse rijk binnen en begonnen te 'plunderen'. Het rondtrekken van deze volkeren noemen we ook wel de ...

(Noem het begrip)

Slide 11 - Slide

Begrip:
In 509 v.Chr. werd Rome een ... met een senaat.

(Senaat = een vergadering van mannen uit rijke families, die de macht hadden om besluiten te nemen). 

Slide 12 - Slide

Begrip:
Jezus vertelde de mensen in Judea over het Joodse geloof, het 'aanprijzen' van een geloof heet ook wel ...

 (Noem het begrip)

Slide 13 - Slide

Invulopdracht:
Onder de bevolking van Rome waren grote 'sociale verschillen'. 

Dit is ook wel het verschil tussen ... en ...

(Let op! Dit is geen begrip, maar twee woorden in een tekst)

Slide 14 - Slide

Invulopdracht:
Toen de Romeinen aankwamen in Nederland gebruikten ze de rivier ... als noordelijke grens van hun rijk. Deze moest hun beschermen tegen de 'strijdvaardige' Germanen. 

(Let op! Dit is geen begrip, staat wel in de tekst!)

Slide 15 - Slide

Begrip:
Keizer Constantijn stopte met het vervolgen van de Christenen ('de Christenvervolgingen'), daarnaast liet hij ze openlijk hun godsdienst uitoefenen, hij gaf de Christenen ...

(Noem het begrip)

Slide 16 - Slide

Jaartal:
Rond welk jaartal kwam Caesar met zijn legers aan in Zuid-Nederland?

(Noem het jaartal)

Slide 17 - Slide

Begrip:
Een rijk dat bestaat uit meerdere werelddelen heet een...

(Noem het begrip)

Slide 18 - Slide

Begrip:
Veel mensen binnen het Romeinse rijk werkten vanuit huis, ze hadden verschillende ambachten (beroepen), zoals kleermaker of pottenbakker. 

Het uitoefenen van een ambacht vanuit huis heet ook wel...

(Noem het begrip).

Slide 19 - Slide

Begrip:
De Romeinen zagen Jezus als een onruststoker. Ze pakten hem op en kruisigden hem. Veel mensen zagen Jezus als de 'verlosser', hij was gestorven aan het kruis om het volk op Aarde te 'verlossen' van hun slechte daden en zonden. 

Op deze manier ontstond het nieuwe geloof, het ...

Slide 20 - Slide

Invulopdracht:
Door hun 'eigenwijze' houding, werden de Joden steeds zwaarder onderdrukt. Ook moesten ze jaar na jaar steeds meer ... gaan betalen.  

(Let op! Dit is geen begrip, wel te vinden in de tekst)


Slide 21 - Slide

Bonusvraag:
De Romeinen geloofden in meerdere (staats)goden. Volgens het geloof van de Joden, het ... was er maar één God. Dit bracht problemen met zich mee toen de Romeinen het Joodse gebied ... veroverden.

(Noem de twee begrippen) = 2 punten

Slide 22 - Slide

Begrip:
Een gebied met een regering heet een ...

(Noem het begrip)

Slide 23 - Slide

Begrip:
De Romeinen waren 'fan' van de Griekse bouwwerken en cultuur. De zuilen op de afbeelding (zie achtergrond) zijn hier een voorbeeld van. 

Hoe noemen we de combinatie tussen de cultuur van de Grieken en de Romeinen?

Slide 24 - Slide

Begrip:
Het overnemen van Romeinse normen, waarden, gebruiken, schriften, etenswaren, spullen, etc. noemen we met een mooi woord ...

(Noem het begrip)

Slide 25 - Slide

Begrip:
De Romeinse regering stelde veel wetten, oftewel regels in om hun rijk stabiel en rustig te houden.

Wat is ook wel een ander woord voor 'regering'?

De .... (vul aan!)

Slide 26 - Slide

Bonusvraag:
1 op de 10 inwoners van Rome was een ..., deze werden vaak meegenomen als ... uit veroverde gebieden.

(Noem de twee begrippen) = 2 punten

Slide 27 - Slide

Begrip:
Binnen het Romeinse rijk woonden veel verschillende volkeren, bijv. Arabieren, Afrikanen en Friezen bij elkaar. Deze hebben allemaal een andere cultuur. Een samenleving met meerdere culturen bij elkaar heet ook wel een ... 

(Noem het begrip)

Slide 28 - Slide

Begrip:
Veroverde Romeinse gebieden werden (her)verdeeld in provincies, wie bestuurden deze provincies?

(Noem het begrip)

Slide 29 - Slide

Begrip:
Heilige gebouwen waar mensen bij elkaar komen binnen het Christendom noemen we kerken, bij het Jodendom zijn dit...

(Noem het begrip)

Slide 30 - Slide

Let op! Jaartal + Begrip..
De stad Rome ontstond in ... en werd een ...

(Noem het jaartal + het begrip - 2 punten!)

Slide 31 - Slide

Jaartal:
Nadat Octavianus (Augustus) de senaat had afgeschaft en alléén ging regeren als keizer, werd Rome een keizerrijk. 

In welk jaar gebeurde dit alles?

(Noem het jaartal).

Slide 32 - Slide

Begrip:
Romeinen vereerden hun goden in tempels
Naast de belangrijke (en zelfs verplichte) staatsgoden was het toegestaan om (daarnaast) ook in andere goden te geloven. 

Dit heet ook wel ...

Slide 33 - Slide

Begrip:
Omstreeks 30 n.Chr. trok Jezus van Nazareth door het land Judea. Verhalen over hem zijn verzameld in de ...

(Noem het begrip)

Slide 34 - Slide

Begrip:
Toen het steeds slechter ging met het Romeinse rijk door oorlogen, ziektes en armoede, geven de Romeinen de Christenen de schuld. Zij geloofden namelijk niet in de verplichte ...

(Noem het begrip)

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video