What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
CMC Oefenoets Formuleren
Oefenen met Formuleren
1 / 32
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
This lesson contains
32 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Oefenen met Formuleren
Slide 1 - Slide
In iedere vaste standaarduitrusting zit een zakmes verpakt.
A
contaminatie
B
tautologie
C
pleonasme
D
onjuiste herhaling
Slide 2 - Quiz
Naast die man in de lift moet je niet naast gaan staan.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie
D
onjuiste herhaling
Slide 3 - Quiz
De jongen ______________ ik je vertelde, heeft zwart haar.
A
waarover
B
over wie
C
daarover
D
over die
Slide 4 - Quiz
We moeten voorkomen dat hij zich niet iedere dag volpropt met junkfood.
A
dubbele ontkenning
B
onjuiste herhaling
C
pleonasme
D
tautologie
Slide 5 - Quiz
Welke zin is juist?
A
Hans geeft aan hun een snoepje
B
Hans geeft hun een snoepje
C
Hans geeft hen een snoepje
D
Hans geeft aan hen een snoepje
Slide 6 - Quiz
Dat is het beste ..... ik ooit gedaan heb.
A
dat
B
wat
C
dit
D
die
Slide 7 - Quiz
De media ..... veel aandacht aan die affaire.
A
besteden
B
besteedt
Slide 8 - Quiz
De wetenschap heeft .... geloofwaardigheid verloren.
A
zijn
B
haar
Slide 9 - Quiz
Dertig procent van de deelnemers ... de eindstreep niet gehaald.
A
hebben
B
heeft
Slide 10 - Quiz
Wat is een beknopte bijzin?
A
een bijzin met een denkbeeldig onderwerp
B
een bijzin zonder onderwerp en persoonsvorm
C
geen van beide
Slide 11 - Quiz
Dromend van zijn vriendin liep hij tegen een lantaarnpaal.
A
foutieve beknopte bijzin
B
beknopte bijzin
Slide 12 - Quiz
Kijkend uit het raam, viel plotseling een dakpan naar beneden.
A
foutieve beknopte bijzin
B
beknopte bijzin
Slide 13 - Quiz
We moeten absoluut voorkomen dat iemand de vuile was aan de grote klok gaat hangen.
A
tautologie
B
pleonasme
C
contaminatie
D
dubbele ontkenning
Slide 14 - Quiz
Toen de leden van de Raad van Elf verschenen, gaf de burgemeester ___________ de sleutel van Breda.
A
hen
B
hun
Slide 15 - Quiz
De schoolleiding wil voorkomen dat er geen ongewenste introducees op het feest komen.
A
tautologie
B
pleonasme
C
contaminatie
D
dubbele ontkenning
Slide 16 - Quiz
Hemelsleutels gaat over Linde, een jong meisje … wanhopig op zoek is naar veiligheid.
A
dat
B
wat
C
die
D
dit
Slide 17 - Quiz
In dat tijdschrift zijn een reeks artikelen opgenomen over het gebruik van iPads op scholen.
A
contaminatie
B
dat/als-constructie
C
pleonasme
D
incongruentie
Slide 18 - Quiz
Aan dat gepraat over voetbal op zondagavond heb ik een hekel aan.
A
dubbele ontkenning
B
onjuiste herhaling
C
onjuist verwijswoord
D
tautologie
Slide 19 - Quiz
Ben je ervan op de hoogte dat wanneer je meedoet met het schoolkoor, je een extra cijfer krijgt?
A
incongruentie
B
dat/als-constructie
C
onjuist verwijswoord
D
onjuiste herhaling
Slide 20 - Quiz
Na het uitbreken van de brand waren zowel de politie als de brandweer snel ter plaatse.
A
onjuist verwijswoord
B
incongruentie
C
pleonasme
D
contaminatie
Slide 21 - Quiz
Luid zingend bezorgde de Kerstman de cadeautjes
A
foutieve samentrekking
B
foutieve beknopte bijzin
C
dat-als constructie
D
Goed
Slide 22 - Quiz
De cadeautjes stonden onder de trap en werden later uitgepakt.
A
fout gebruik van verwijswoord
B
foutieve samentrekking
C
foutieve beknopte bijzin
D
goed
Slide 23 - Quiz
Wat is de juiste verbetering?
De gemeente heeft zijn plannen bekend gemaakt.
A
De gemeente hebben hun plannen bekend gemaakt.
B
De gemeente heeft hun plannen bekend gemaakt.
C
De gemeente hebben haar plannen bekend gemaakt.
D
De gemeente heeft haar plannen bekend gemaakt.
Slide 24 - Quiz
Je moet voorkomen dat je geen onvoldoendes haalt.
A
dubbele ontkenning
B
onjuiste verwijzing
C
contaminatie
D
pleonasme
Slide 25 - Quiz
Welke zin is correct?
A
Ik ben stapelverliefd op de jongen dat daar loopt.
B
Ik ben stapelverliefd op de jongen wie daar loopt.
C
Ik ben stapelverliefd op de jongen die daar loopt.
D
Ik ben stapelverliefd op de jongen wat daar loopt.
Slide 26 - Quiz
Welke zin is correct?
A
Ik denk dat als je sneller werkt, je meer geld verdient.
B
Ik denk dat je meer geld verdient als je sneller werkt.
C
Ik denk als je sneller werkt dat je meer geld verdient.
Slide 27 - Quiz
Welke zin is NIET correct?
A
Onze trainer zette een punt onder zijn trainingsperiode.
B
Onze trainer zette een streep onder zijn trainingsperiode.
C
Onze trainer zette een punt achter zijn trainingsperiode.
Slide 28 - Quiz
De jeugd van tegenwoordig weten niet van ophouden.
A
Goed
B
Fout
Slide 29 - Quiz
Bungeejumpen is het spectaculairste … Philip ooit tijdens een vakantie gedaan heeft.
A
wat
B
dat
Slide 30 - Quiz
Jouw idee in de ideeënbus vond de jury het origineelste en zal spoedig gerealiseerd worden.
A
foutieve samentrekking
B
samentrekking
Slide 31 - Quiz
Klik rechtsonder op 'X' en vervolgens op 'lever in'.
Slide 32 - Slide
More lessons like this
Oefenoets Formuleren havo
December 2022
- Lesson with
31 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
Oefenoets Formuleren havo
October 2022
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
CMC oefentoets Formuleren vwo
January 2023
- Lesson with
37 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
Oefentoets formuleren 4Hd
October 2020
- Lesson with
43 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Formuleren divers
May 2024
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
Formuleren - oefenen alles door elkaar
August 2022
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Formuleren - oefenen alles door elkaar
December 2020
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Formuleren - oefenen alles door elkaar
April 2022
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4