Fictie en Non-fictie

Paragraaf 1 Fictie
Fictie en non-fictie
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Paragraaf 1 Fictie
Fictie en non-fictie

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
- Je weet wat fictie is.
- Je kunt uitleggen of je meer van realistische of fantasieverhalen houdt. 

Slide 2 - Slide

Fictie en non-fictie?
Wat weet je al?

Slide 3 - Mind map

Non-fictie

- Verhalen over de werkelijkheid.

- Soms met verzonnen stukjes erin; soms compleet "waar"

- Doel: Overtuigen / instrueren
- Schoolboektekst, autobiografie, jeugdjournaal 

Slide 4 - Slide

Fictie

- Verzonnen verhaal
- Doel: amuseren
- Wegdromen, aan het denken zetten, in de huid van een ander kruipen

Slide 5 - Slide

Fantasie <-> Realistisch
Fantasieverhaal --> een vorm van fictie 
--> dingen die echt niet kunnen gebeuren
--> bijvoorbeeld: Harry Potter

Kunnen dingen ook in het echt gebeuren? --> realistisch

Slide 6 - Slide

Assepoester:
fictie of non-fictie?
A
fictie
B
non-fictie

Slide 7 - Quiz

The Hunger Games:
fictie of non-fictie?
A
fictie
B
non-fictie

Slide 8 - Quiz

De biografie van Amalia:
fictie of non-fictie?
A
fictie
B
non-fictie

Slide 9 - Quiz


A
fictie
B
non fictie

Slide 10 - Quiz


A
fictie
B
non fictie

Slide 11 - Quiz


A
fictie
B
non-fictie

Slide 12 - Quiz


A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 13 - Quiz

fictie of non-fictie?
A
fictie
B
non fictie

Slide 14 - Quiz

Fictie of non-fictie?
A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 15 - Quiz


Wat is dit?
timer
0:10
A
fictie
B
non-fictie

Slide 16 - Quiz

Ik weet het verschil tussen fictie en non-fictie
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll