Elke celkern van je lichaam bevat precies dezelfde genen.
Maar niet alle genen zijn actief in de alle cellen.
Een cel gebruikt alleen de genen die hij nodig heeft.
De andere genen zijn niet actief.
Als een gen actief is, komt het gen tot uiting (in het fenotype).
Het tot uiting komen van een gen wordt genexpressie genoemd.
De genexpressie verschilt per cel.
Als een gen actief is, kan het een klein beetje tot erg actief zijn (bijvoorbeeld; cellen kunnen veel of weinig insuline maken.