Behoeftes achterhalen

Waarom is contact maken met een deelnemer heel belangrijk?
A
Je toont op die manier interesse
B
Je kunt de behoefte van de deelnemer bepalen
C
Je kunt jezelf voorstellen
D
A, B en C zijn goed
1 / 20
next
Slide 1: Quiz
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Waarom is contact maken met een deelnemer heel belangrijk?
A
Je toont op die manier interesse
B
Je kunt de behoefte van de deelnemer bepalen
C
Je kunt jezelf voorstellen
D
A, B en C zijn goed

Slide 1 - Quiz

Wat hoort niet bij een informeel gesprek?
A
Je spreekt elkaar aan met je of jij
B
Het is een lekker spontaan gesprek
C
Er is van te voren een duidelijk plan over de gespreksinhoud
D
Je had van tevoren geen plek afgesproken

Slide 2 - Quiz

Een kenmerk van een formeel gesprek is:
A
Het is een gezellig praatje
B
Het is vooraf nooit duidelijk hoe lang het duurt
C
Het is een serieus gesprek
D
Er word nooit iets opgeschreven over gemaakte afspraken.

Slide 3 - Quiz

Wat is een voorbeeld van externe ruis?
A
Het geluid van de radio staat te hard.
B
Hij reageerde boos op zijn collega.
C
Ze was blij omdat ze geslaagd was.
D
Ik heb je verkeerd begrepen.

Slide 4 - Quiz

Wat is een voorbeeld van verbale communicatie?
A
Joost knikte met zijn hoofd.
B
"Ik wacht op je bij de bushalte", zei Bert.
C
Hij leunde achterover op zijn stoel.
D
Zij rolde met haar ogen.

Slide 5 - Quiz

Signaleren kan betekenen dat:
A
Je iets gezien hebt
B
Je iets gehoord hebt
C
A, B en D zijn goed
D
Je iets is op gevallen

Slide 6 - Quiz

Welk signaal is non-verbaal?
A
Schelden
B
Klagen
C
Wenkbrauwen fronsen
D
Roepen

Slide 7 - Quiz

Waar je behoefte aan hebt word niet bepaald door:
A
Cultuur en achtergrond
B
Kleur van je ogen
C
Opvoeding
D
Leeftijd

Slide 8 - Quiz

Welke behoefte hoort bij de primaire/lichamelijke behoeften?
A
Privacy
B
Slapen
C
Ervaren van genegenheid
D
Veiligheid

Slide 9 - Quiz

Welk antwoord hoort niet bij sociale behoeften?
A
Liefde geven en ontvangen
B
Slapen
C
Vrienden
D
Ervaren van genegenheid

Slide 10 - Quiz

Een gevoel van eigenwaarde en zelfrespect hoort bij:
A
Lichamelijke behoefte
B
Sociale behoefte
C
Behoefte aan waardering
D
Behoefte aan veiligheid

Slide 11 - Quiz

Waarom is hij op vakantie naar Australië gegaan?
A
Dit is een open vraag
B
Dit is een gesloten vraag

Slide 12 - Quiz

Hoe kun je de behoefte van mensen niet achterhalen?
A
Interview
B
In een boek lezen
C
In de ogen kijken
D
Enquete

Slide 13 - Quiz

Gesloten vragen zijn vragen:
A
Waarop heel veel antwoorden mogelijk zijn
B
Waarop maar 1 antwoord mogelijk is
C
Die je stelt met de deur dicht
D
Die in een toets gesteld worden

Slide 14 - Quiz

In een interview gebruik je:
A
Alleen gesloten vragen
B
Open en gesloten vragen
C
Alleen meerkeuzevragen
D
Alleen open vragen

Slide 15 - Quiz

Wat kan ik voor je doen?
Dit is een:
A
Open vraag
B
Gesloten vraag

Slide 16 - Quiz

Ga je mee naar de bioscoop?
Dit is een:
A
Open vraag
B
gesloten vraag

Slide 17 - Quiz

Observeren is:
A
Hetzelfde als kijken
B
Iemand vragen stellen
C
Waarnemen van gedrag
D
Iemand recht in de ogen kijken

Slide 18 - Quiz

Bij objectieve informatie:
A
Laat je je beïnvloeden door je gevoel
B
Let je alleen op de feiten
C
is jouw mening heel belangrijk
D
Kijk je alleen naar naar kleuren

Slide 19 - Quiz

Oud-President Trump heeft een raar kapsel.
Dit is een:
A
Objectieve waarneming
B
Dit is een leugen
C
Dit is een feit
D
Dit is een subjectieve waarneming

Slide 20 - Quiz