Bezittelijke vnw en Pers. vnw

Oefenen met bezittelijk voornaamwoord 

en persoonlijk voornaamwoord.
1 / 14
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Oefenen met bezittelijk voornaamwoord 

en persoonlijk voornaamwoord.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

schrijf alle bezittelijke voornaamwoorden in het Duits op die je kent.

Slide 3 - Mind map

Ich besuche (mijn) Oma

Slide 4 - Open question

Ist er (zijn) ... Bruder?

Slide 5 - Open question

Er trägt (haar)... Hose(v)
A
ihr
B
ihre

Slide 6 - Quiz

(onze) ... Vater ist Polizist!
A
unser
B
unsere

Slide 7 - Quiz

Hat (jullie) ... Mutter schon gesungen?
A
ihre
B
deine
C
eure

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide


Vervang het onderstreepte woord uit de zin door er/sie/es
Die Tür steht immer offen

Slide 10 - Open question


Das Mädchen singt sehr schön!

Slide 11 - Open question


Das Auto steht in der Autowerkstatt!

Slide 12 - Open question


Der Hamburger schmeckt mir nicht heute!

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Slide