comparative and superlative
What is 'an adjective'?
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
bijwoord
1 / 13
Lesson duration is: 15 minItems in this lesson
What is 'an adjective'?
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
bijwoord
Slide 1 - Quiz
COMPARATIVE FORM
SUPERLATIVE FORM
SYLLABLE
OTHER
OVERTREFFENDE TRAP
VERGROTENDE TRAP
LETTERGREEP
WERKWOORD
VOORZETSEL
Slide 2 - Drag question
A 1-syllable adjective has which endings in comparative and superlative forms
Slide 3 - Open question
Adjectives with 3 or more syllables take which forms in comparative and superlative?
Slide 4 - Open question
Write down an adjective with 2 syllables that takes -er/-est in the comparative and superlative form
Slide 5 - Open question
Write down an adjective with 2 syllables that takes more / most in the comparative and superlative form
Slide 6 - Open question
+ er / + est
more ... / most ...
irregular
yellow
blue
beautiful
expensive
modern
boring
friendly
clever
bad
good
Slide 7 - Drag question
Translate:
Dit is de groenste boom.
Dit is de groenste boom.
Slide 8 - Open question
Translate:
Deze auto is groter dan jouw auto.
Deze auto is groter dan jouw auto.
Slide 9 - Open question
Translate
Wij hebben het slechtste team.
Wij hebben het slechtste team.
Slide 10 - Open question
Translate
Ik heb minder geld.
Ik heb minder geld.
Slide 11 - Open question
Translate:
Mei is de mooiste maand van het jaar.
Mei is de mooiste maand van het jaar.
Slide 12 - Open question
TRANSLATE:
Dat boek is interessanter.
Dat boek is interessanter.
