What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Herhaling H1 & 2 2H
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Agenda
Lezen - 10 minuten
Herhaling H1 & 2
Slide 2 - Slide
Welk onderdeel vind je nog moeilijk?
Slide 3 - Mind map
Zo stijf als een..
A
lat
B
plank
C
hark
Slide 4 - Quiz
zo ziek als een..
A
hoentje
B
wezel
C
hond
Slide 5 - Quiz
Slapen als een..
A
roos
B
wolk
C
baby
Slide 6 - Quiz
Persoonlijk voornaamwoord
Bezittelijk voornaamwoord
Geeft een persoon, dier of ding aan.
Geeft aan van wie iets is.
Kun je vervangen door hij of hem.
Kun je vervangen door zijn.
Staat voor het zelfstandig naamwoord.
Staat altijd alleen in de zin.
Slide 7 - Drag question
Wanneer gebruik je een komma?
Slide 8 - Open question
Wanneer gebruik je een puntkomma (;)?
A
Als twee zinnen sterk met elkaar samenhangen.
B
Als het tweede deel van de zin een verklaring of reden is.
C
Aan het eind van een zin.
D
Tussen twee persoonsvormen.
Slide 9 - Quiz
Wanneer gebruik je een dubbele punt (:)?
A
Als twee zinnen sterk met elkaar samenhangen.
B
Als het tweede deel van de zin een verklaring of reden is.
C
Aan het eind van een zin.
D
Tussen twee persoonsvormen.
Slide 10 - Quiz
Metafoor
Personificatie
Tijdens de najaarsstorm stoeide de wind met de bladeren.
De leraar zat tijdens het proefwerk mistig voor zich uit te kijken.
Na de diploma-uitreiking hebben veel leerlingen het gevoel of de toekomst hen toelacht.
Dat schaap heeft zich weer beet laten nemen.
Het peleton is pas aan de voet metafoor van de berg.
Mijn hart zei me het voorstel maar te accepteren.
Slide 11 - Drag question
Naamwoordelijk gezegde
Slide 12 - Mind map
Waar of niet waar?
Als meer dan één werkwoord in de zin staat is de persoonsvorm altijd een hulpwerkwoord.
Slide 13 - Poll
Waar of niet waar?
Als meer dan één werkwoord in de zin staat, staat het koppelwerkwoord of het zelfstandig werkwoord staat vaak voor in de zin.
Slide 14 - Poll
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Noteer het naamwoordelijk gezegde: pv + [naamwoordelijk deel] + overige werkwoorden. Het naamwoordelijk deel zet je tussen de vierkante haken.
Stel vast of er een koppelwerkwoord in de zin staat.
Stel vast of het onderwerp iets doet of is/wordt.
Als het onderwerp iets is/wordt, stel je vraag: wat + persoonsvorm + onderwerp + overige werkwoorden?
Slide 15 - Drag question
Doen jullie ook fruit in het...
A
lunchpakket
B
lunch pakket
C
lunch-pakket
Slide 16 - Quiz
Ik luister graag naar deze ...
A
jazz zanger
B
jazz-zanger
C
jazzzanger
Slide 17 - Quiz
Een ... kan goed multitasken.
A
office manager
B
officemanager
C
office-manager
Slide 18 - Quiz
Waar of niet waar?
In het Frans gebruik je accenttekens om de uitspraak duidelijk te maken.
Slide 19 - Poll
Hij .... faken (v.t.) dat hij .... carpoolen (v.t.) want hij ging gewoon met zijn eigen auto.
A
faket, carpoolde
B
faket, carpoolt
C
fakete, carpoolde
D
fakede, carpoold
Slide 20 - Quiz
Als hij .... chatten (t.t.), komt het nog al eens voor dat er wordt .... flirten (v.d.).
A
chatte, flirtte
B
chat, geflird
C
chat, geflirt
D
gechat, flirt
Slide 21 - Quiz
Wat vond je van deze les?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 22 - Poll
More lessons like this
weektaak 47 2 F en 2 E
November 2021
- Lesson with
39 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Herhaling H2 les 1
December 2020
- Lesson with
40 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
A2 Vergelijking Metafoor Personificatie en Metonymie
October 2020
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Zinsleer - herhaling
May 2023
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
WWG en NWG
February 2021
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Zinsleer - herhaling
September 2024
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Opfrisser nw gezegde en Engelse vervoegingen
October 2023
- Lesson with
40 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
V2 Grammatica H20
March 2023
- Lesson with
33 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2