This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Fantastische Freizeit
Slide 1 - Slide
Freizeit und Hobbys
Een week telt 168 uur en daarvan zit je maar zo'n 35 op school. Natuurlijk moet je ook nog een paar uur slapen maar er blijft genoeg tijd voor hobbys.
In hoofdstuk 6 leer je over vrije tijd: Freizeit!
Slide 2 - Slide
Veel Duitse woorden lijken op hun Nederlandse vertaalwoorden. Vooral op het gebied van sport zul je veel overeenkomsten zien. Je gaat met een quiz nu een aantal nieuwe woorden leren.
Slide 3 - Slide
A
reiten
B
joggen
C
schwimmen
D
malen
Slide 4 - Quiz
A
joggen
B
malen
C
singen
D
tanzen
Slide 5 - Quiz
A
Schlittschuh laufen
B
Rad fahren
C
malen
D
reiten
Slide 6 - Quiz
A
Volleyball spielen
B
Fußball spielen
C
Minigolf spielen
D
Schlittschuh laufen
Slide 7 - Quiz
A
reiten
B
Schi fahren
C
Rad fahren
D
malen
Slide 8 - Quiz
A
Rad fahren
B
Ski fahren
C
Schlittschuh laufen
D
tanzen
Slide 9 - Quiz
A
gewinnen
B
üben
C
trainieren
D
singen
Slide 10 - Quiz
A
Schlittschuh laufen
B
Ski fahren
C
reiten
Slide 11 - Quiz
Je hebt net nieuwe Duitse woorden geleerd. Weet je nog welke er waren? Schrijf zo veel op als jij je kan herinneren.
timer
0:40
Slide 12 - Open question
Wat denk je? Welke sport zie je op de foto.
A
Akrobatik
B
Trampolinspringen
C
Salto springen
D
Parkour
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Video
Wie viele Mädchen machen hier mit?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 15 - Quiz
Vor jedem Training sollst du........... (voor elke training moet je....)
A
aufwärmen
B
gut ausschlafen
C
keine Angst haben
D
nichts essen
Slide 16 - Quiz
Was musst du bei diesem Sport immer bei dir haben?