Lezen 4.4

Lesplanning
  • lezen 
  • terugblik tekstdoelen en tekstsoorten
  • terugblik theorie lezen 4.3 het betoog
  • nieuwe theorie lezen 4.4
  • opdrachten
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Lesplanning
  • lezen 
  • terugblik tekstdoelen en tekstsoorten
  • terugblik theorie lezen 4.3 het betoog
  • nieuwe theorie lezen 4.4
  • opdrachten

Slide 1 - Slide

Lezen
  • Boek uitgekozen
  • Twee creatieve opdrachten bij boek  (cijfer creatief schrijven)
  • Stil lezen

Slide 2 - Slide

15 minuten stil lezen
timer
15:00

Slide 3 - Slide

informeren
instrueren
(uitleggen)

overtuigen
(betogen)

overhalen
(activeren)

nieuwsbericht
achtergrondartikel
reclamefolder
beschouwing
filmposter
column
handleiding
betoog
recept

Slide 4 - Drag question

Waarom moet je de tekstdoelen kennen?

Slide 5 - Mind map

Belang van tekstdoelen
Omdat de doelen van een schrijver met een tekst kunnen verschillen, zijn er ook verschillende soorten teksten. 

Bij een bepaalde tekstdoel hoort een bepaalde tekstsoort. Een tekstsoort kan verschillende vormen hebben, bijvoorbeeld nieuwsbericht, reclametekst of gedicht.

Slide 6 - Slide

Welke onderdelen zie je (vaak) in een betoog?
A
twee standpunten, twee conclusies en een slot
B
standpunt, argumenten, tegenargument, weerlegging, conclusie
C
argument, beschouwing, instructie, weerlegging
D
informeren, overhalen, instrueren

Slide 7 - Quiz

WAAR OF NIET WAAR:
De hoofdgedachte van een betoog is de mening van de auteur
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quiz

Wat is het verschil tussen een betoog en een beschouwing?

Slide 9 - Mind map

Beschouwing
Beschouwing = informerende tekst

  • In een beschouwing geeft de schrijver de lezer de mogelijkheid om zelf een mening te vormen. 
  • De schrijver probeert de lezer dus niet te overtuigen van zijn eigen mening, zoals bij een betoog, maar belicht een onderwerp vanuit verschillende kanten.
  • De lezer gebruikt een beschouwende tekst om zelf een standpunt te vormen over het onderwerp.


Slide 10 - Slide

Beschouwing
De schrijver van een beschouwing verduidelijkt een onderwerp door:

  • betrouwbare feiten te geven
  • oorzaken en gevolgen te benoemen
  • voor- en nadelen te beschrijven
  • met mogelijke oplossingen te komen
  • meningen van anderen voor te leggen
  • zijn eigen mening te geven (maar niet met het doel om de lezer van zijn mening te overtuigen)

Slide 11 - Slide

Van wie is de mening in de beschouwing?

Slide 12 - Open question

Zelfstandig aan het werk:
Maak opdrachten 4.4

Slide 13 - Slide