BS 3: Horen en zien (deel 2)

Welkom!
Doe je telefoon in je tas
Ga op je plek zitten
Log in bij LessonUp en leg dan je iPad plat op tafel
Open je boek op blz. 100
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!
Doe je telefoon in je tas
Ga op je plek zitten
Log in bij LessonUp en leg dan je iPad plat op tafel
Open je boek op blz. 100

Slide 1 - Slide

Planning
  • Terugblik
  • Leerdoelen
  • Uitleg BS 3
  • Oefenen met BS 3
  • Huiswerk
  • Afsluiting

Slide 2 - Slide

Terugblik

Slide 3 - Slide

In welk deel van het oor worden prikkels omgezet in impulsen?
A
Trommelvlies
B
Gehoorbeentjes
C
Slakkenhuis
D
Gehoorzenuw

Slide 4 - Quiz

Wat is de taak van
de gehoorbeentjes in je oor?

Slide 5 - Open question

BS 3: Horen en zien (deel 2)

Slide 6 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt de delen van het oor benoemen met hun functie.
  • Je kunt de bouw en werking van het oog beschrijven.

Slide 7 - Slide

Buitenkant van het oog

Slide 8 - Slide

De bouw van de ogen
Onderzoek in tweetallen de bouw van het oog.

  • Benoem de naam van elk onderdeel.
  • Benoem de functie van elk onderdeel.
timer
14:00

Slide 9 - Slide

Pupilreflex
De pupil kan groter en kleiner worden, afhankelijk van de hoeveelheid licht.

pupilreflex: Met de pupilreflex wordt de hoeveelheid
licht geregeld die op het netvlies valt.


Slide 10 - Slide

Pupilreflex
De pupil kan groter en kleiner worden, afhankelijk van de hoeveelheid licht.

pupilreflex: Met de pupilreflex wordt de hoeveelheid
licht geregeld die op het netvlies valt.

Probeer met de zaklamp van je telefoon de pupilreflex
te triggeren.
  • Wanneer is de pupil groot? En wanneer klein?

Slide 11 - Slide

De werking van het oog

Licht komt via de lens het oog binnen.

Lens buigt het licht, waardoor de stralen op de gele vlek samenkomen.
  • brandpunt

Slide 12 - Slide



  • Oog is te lang / lens is te bol
  • Brandpunt ligt voor het netvlies
  • Alleen dichtbij zien
  • Holle lenzen (-)




  • Oog is te kort / ooglens is te plat
  • Brandpunt ligt achter het netvlies
  • Alleen in de verte zien
  • Bolle lenzen (+)
Bijziend
Verziend

Slide 13 - Slide

Zijn er nog vragen?

Slide 14 - Slide

Oefenen met de leerdoelen!

Slide 15 - Slide

Harde oogvlies
Netvlies
Vaatvlies

Vangt lichtprikkels op
beschermt alles wat binnenin het oog zit
Hierin zitten de bloedvaatjes die stoffen vervoeren die het oog nodig heeft

Slide 16 - Drag question

Sleep de woorden die bij bijziend en verziend horen naar de juiste plek. 
Bijziend
Verziend
Je kunt scherp zien van........
Je hebt een bril met ........
glazen nodig
Dichtbij
Veraf
Bolle
Holle

Slide 17 - Drag question

Huiswerk
Maak van 5.3 opdracht 3 t/m 9 (blz. 103)

Weet je een vraag niet? Lees de tekst nog eens. Vraag het daarna pas aan de docent.

Klaar? Kijk je huiswerk na, flitskaarten, test jezelf,
Biologiepagina, lees de basisstof nog eens

Slide 18 - Slide