herhaling H7

1 / 29
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

De cirkel

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide


Oppervlakte cirkel = ...
A
straal x 3,14
B
straal x straal x 3,14
C
diameter x 3,14
D
diameter x diameter x 3,14

Slide 7 - Quiz


Omtrek cirkel = ...
A
straal x 3,14
B
straal x straal x 3,14
C
diameter x 3,14
D
diameter x diameter x 3,14

Slide 8 - Quiz

De diameter van een cirkel is 4cm. Hoe bereken je de omtrek?
A
2 x 3,14
B
4 x 3,14
C
2 x 2 x 3,14
D
4 x 4 x 3,14

Slide 9 - Quiz

De straal van een cirkel is 4cm. Hoe bereken je de omtrek?
A
4 x 4 x 3,14
B
4 x 3,14
C
8 x 3,14
D
2 x 2 x 3,14

Slide 10 - Quiz

De straal van een cirkel is 4cm. Hoe bereken je de oppervlakte?
A
4 x 4 x 3,14
B
4 x 3,14
C
8 x 3,14
D
2 x 2 x 3,14

Slide 11 - Quiz

De diameter van een cirkel is 4cm. Hoe bereken je de oppervlakte?
A
2 x 3,14
B
4 x 3,14
C
2 x 2 x 3,14
D
4 x 4 x 3,14

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Oppervlakte parallellogram is
A
Zijde x afstand
B
Zijde x hoogte
C
Hoogte x lengte
D
Zijde x bijbehorende hoogte

Slide 14 - Quiz

Wat is de oppervlakte van dit parallellogram?
A
40 x 12
B
40 x 24
C
32 x 40
D
32 x 36

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Slide

Met welke formule bereken je de oppervlakte van een rechthoekige driehoek?
A
Zijde x Zijde x 2
B
Zijde x bijbehorende hoogte x 2
C
Zijde x bijbehorende hoogte : 2
D
Zijde x Zijde : 2

Slide 17 - Quiz

Wat is de
Oppervlakte van
de driehoek?
A
33 x 20 = 660
B
29 x 20 : 2 = 290
C
29 x 33 : 2 = 478, 5
D
33 x 20 : 2 = 330

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Slide

Maak de zin kloppende. Sleep de woorden naar de juiste plek!
Kan
1
2
3
4
5
6
7
Dametje
Meten
De
Centimeter
Met
Het

Slide 20 - Drag question


2dam2=...m2
A
200m2
B
20m2
C
20000m2
D
2000m2

Slide 21 - Quiz


3500m2=...dm2
A
3500dm2
B
35dm2
C
350dm2
D
3,5dm2

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Oppervlakte balk
  1. Schets de uitslag van de balk
  2. Bereken de oppervlakte van de 6 vlakken
  3. Bereken de totale oppervlakte van de balk

Slide 26 - Slide

Hoe schrijf je het op?
Als je oppervlakte van een balk gaat uitrekenen schrijf je het altijd zo op:

oppervlakte voorkant = lengte x hoogte
oppervlakte achterkant = lengte x hoogte

oppervlakte rechterkant = breedte x hoogte
oppervlakte linkerkant = breedte x hoogte

oppervlakte bovenkant = lengte x breedte
oppervlakte onderkant = lengte x breedte

totale oppervlakte = alle bovenstaande antwoorden bij elkaar optellen


Slide 27 - Slide

oppervlakte voorkant = lengte x hoogte
12 x 4 = 48 cm2
oppervlakte achterkant = lengte x hoogte
12 x 4 =48 cm2
oppervlakte rechterkant = breedte x hoogte
3 x 4 =12 cm2
oppervlakte linkerkant = breedte x hoogte
3 x 4 =12 cm2
oppervlakte bovenkant = lengte x breedte
12 x 3 = 36 cm2
oppervlakte onderkant = lengte x breedte
12 x 3 = 36 cm2
totale oppervlakte = alle bovenstaande antwoorden bij elkaar optellen 
48 + 48 + 12 + 12 + 36 + 36 = 192 cm2

Slide 28 - Slide

Einde uitleg...
En ga actief aan de slag met...
Pak je boek en maak:

Extra oefeningen blz 118 t/m 124
Huiswerk voor de volgende les!!!

Slide 29 - Slide