Herhaling Vergelijkingen 3E

• Wiskunde
• Secundair onderwijs

Oefeningen op vergelijkingen

Is 4 een oplossing van de vergelijking
3x + 7 = 21

1. JA
2. NEE

Is √8 een oplossing van de vergelijking

1. JA
2. NEE

Is 3 een oplossing van de vergelijking

1. JA
2. NEE

Vul de vergelijking aan met een getal zodat ze de gegeven oplossingenverzameling heeft.
3 - (p - ...) = 20

V={-7}

1. -10
2. 10
3. Geen van beide

Los op in R en noteer de oplossingenverzameling
y - (8 - 3y) = 3(y - 1) + ( 1 - y)

1. V={3}
2. 3
3. V={-3/2}
4. -3/2

Los op in R en noteer de oplossingenverzameling.

1. V={4/9}
2. V={- 46/9}
3. Geen van beide

Los op in R en noteer de oplossingenverzameling.

1. V={10/11}
2. V={2/11}
3. Geen van beide

Los de vergelijking op in R

-2.(x - 2) = 2.(2 - x)

1. V={}
2. V=R
3. V={-2}
4. Geen van de drie

Los de vergelijking op in R

1. V=R
2. V={}
3. V={-2}
4. Geen van de drie

Wat is de bestaansvoorwaarde van

Los de vergelijking op en noteer de oplossingsverzameling.

Voor welke waarde van de parameter m heeft de vergelijking in x geen oplossing.

De omtrek van een rechthoek bedraagt 28 cm. De lengte bedraagt 10 cm.

Hoeveel bedraagt de breedte?

1. 7 cm
2. 2,8 cm
3. Geen van beide

De oppervlakte van een rechthoek bedraagt 40 cm2. De breedte bedraagt 4 cm.

Hoeveel bedraagt de lengte?

1. 10 cm
2. 16 cm
3. Geen van beide.

Het volume van een balk bedraagt 48 cm3. De lengte van het grondvlak is 4 cm. De hoogte van de balk is 6 cm.
Hoeveel bedraagt de breedte van het grondvlak?

1. 3 cm
2. 1 cm
3. 2 cm
4. Geen van de drie