De wolf van Eibergen

De wolf van Eibergen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

De wolf van Eibergen

Slide 1 - Slide

Hoe heet de hoofdpersoon in het verhaal?

Slide 2 - Open question

In welke maand speelt het verhaal zich af?
timer
0:25
A
juni
B
dat is niet duidelijk
C
december
D
maart

Slide 3 - Quiz

Waar gebruikte Jacco zijn
gevonden voorwerp het eerst voor?
timer
0:25
A
een proefwerk
B
een game
C
een debat
D
een voetbalwedstrijd

Slide 4 - Quiz

Wat heeft Jacco opgegraven?
timer
2:00

Slide 5 - Open question

Jacco

Slide 6 - Mind map

Welk woord van de onderstaande woorden hoort niet bij het verhaal en waarom niet? Antwoord in maximaal 20 woorden en denk aan het gebruik van signaalwoorden.
geur - volk - oudheid - geschiedenis - gouden munt - school

Slide 7 - Open question

Wat betekent
fictie
A
verzonnen
B
geschiedenis
C
echt gebeurd
D
nieuwsbericht

Slide 8 - Quiz

Wat betekent het woord
autobiografie
A
een boek over auto's
B
een boek over een persoon, geen fictie
C
een zelfgeschreven boek over jezelf
D
een boek over een persoon, fictie

Slide 9 - Quiz

tegenstelling
tijdsvolgorde
voorwaarde
opsomming
mits
maar
en
terwijl
ook
voordat
als (dan)
echter
toch
eerst
ten eerste

Slide 10 - Drag question

Mijn vader en moeder (reizen) gisteren naar Utrecht met de trein.
A
rezen
B
reiste
C
reisden
D
reisde

Slide 11 - Quiz

Vul het juiste werkwoord in
Mijn zus (worden) morgen 16.

Slide 12 - Open question

Ik (worden) morgen 15 en hoe oud (worden) jij?

Slide 13 - Open question

Het vliegtuig (landen) als het goed is over een kwartier.
A
land
B
landt
C
landde
D
landte

Slide 14 - Quiz