This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 6 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Hoofdstuk 4 Getallen
4.3 Afronden
Slide 1 - Slide
Waar gaat de les over?
4.3 Afronden
Theorie E: Afronden decimale getallen
Theorie F: Afronden op ronde getallen
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Slide 4 - Video
Slide 5 - Video
Slide 6 - Video
Slide 7 - Video
Werkschema afronden decimale getallen
Kijk naar de eerste decimaal die je weglaat.
Is die decimaal een 5 of hoger? Dan wordt het cijfer ervoor 1 hoger. Dat noemen we afronden naar boven.
Is die decimaal kleiner dan 5? Dan verandert het cijfer ervoor niet. Dat noemen we afronden naar beneden.
Slide 8 - Slide
Hoe moet ik afronden?
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Rond af op een decimaal: 0,8456
A
0,9
B
0,94
C
0,8
D
0,84
Slide 15 - Quiz
83,9071283 1. rond af op 2 decimalen / 2. rond af of helen
A
84,00/ 83
B
84,00 / 84
C
83,91 /83
D
83,91 / 84
Slide 16 - Quiz
Afronden op ronde getallen
Voor het afronden op ronde getallen kijk je naar het ronde getal dat er het dichtst bij ligt. Ligt het precies in het midden, dan rond je af naar boven.