CLASE SEMANA MARTES 3-12-24

CLASE SEMANA MARTES 3-12-24
1 / 27
next
Slide 1: Slide
SpaansVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

CLASE SEMANA MARTES 3-12-24

Slide 1 - Slide

MARTES 12-11-24  PW1 Weging 20% Duur 60 min
Neem naast een pen een leesboek (verplicht)
Thema 1. Presentarse
1. Jezelf kunnen voorstellen (schriftelijk)
 Zoals je geoefend hebt in het boekje blz. 25
2. woordenschat Thema 1 presentarse weten om te kunnen schrijven en toepassen blz.79,80 en81. En zinnetjes van blz. 11. Oefenen op: https://quizlet.com/join/EuCuR2NVu?i=1x8pf2&x=1bqt
3. Dialoog zoals blz 15
4.Persoonlijk voornaamwoorden weten in het Spaans blz.18
5. Het werkwoord ser kennen en kunnen toepassen blz.21+22

























timer
1:00:00
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

PRACTICAMOS

Slide 5 - Slide

SOLO (zelfstandig)
timer
5:00
13 A
  1. tienes
  2. tengo
  3. tiene
  4. tiene
  5. tiene
13 B
  1. tenemos
  2. tienen
  3. tenéis
  4. tienen
  5. tenemos

Slide 6 - Slide

¿SER O TENER?
SOLO (zelfstandig)
timer
5:00
14 a
  1. tiene, es
  2. tengo, soy
  3. eres
  4. somos
  5. tengo
  6. tienen
14 b
  1. tenemos
  2. tienes
  3. tenemos
  4. tenéis
  5. sois
  6. es, es

15
¡Hola!
Me llamo Marta/ Mario.
Tengo 11 años.
Soy una chico/ un chico.
Vivo en Hoofddopr/ Ámsterdam
Hooddorp es un pueblo/ Ámsterdam es una ciudad.
Mi número de teléfono es 065397615.
¡Hasta luego!

Slide 7 - Slide

TOMA TU LAPTOP

VE A MAGISTER ---> AGENDA ONLINE ----->
PINCHE EN EL ENLACE (link) y PRACTICA 

¡HAY PREMIO!
timer
15:00
timer
5:00

Slide 8 - Slide

Nosotros
Yo 
Ellos/ellas 
tú 
él/ella
Jullie
Wij  
jij 
ik
Hij/zij  
Zij (mv) 
Vosotros 

Slide 9 - Drag question

SER
Yo


él/
ella
usted
Nosotros/as
Vosotros/as
Ellos/
ellas/
ustedes
Son
Somos

Es 
Eres

Sois
Soy

Slide 10 - Drag question

Slide 11 - Video

Sleep de Spaanse woorden naar de juiste kleuren.
amarillo
azul
negro
gris
rojo
verde
blanco
naranja
rosa
marrón

Slide 12 - Drag question

Los colores de la bandera española son:

Slide 13 - Open question

Los colores de la bandera holandesa son:

Slide 14 - Open question

Los colores de la bandera argentina son:

Slide 15 - Open question

Los colores de lan bandera mexicana son:

Slide 16 - Open question

Los colores de la bandera venezolana son:

Slide 17 - Open question

Wat betekent: ¿qué tal?

Slide 18 - Open question

Hoe vertaal je: ¿cómo te llamas?

Slide 19 - Open question

Hoe vertaal je: ¿eres español?

Slide 20 - Open question

Hoe vertaal je: spreek je Spaans?

Slide 21 - Open question

Hoe vertaal je: muy bien

Slide 22 - Open question

Hoe vertaal je: Nee, ik ben Nederlandse

Slide 23 - Open question

Hoe vertaal je: no, hablo holandés

Slide 24 - Open question

PINCHA EN ESTE ENLACE
MIRA LA EXPLICACIÓN
HAZ LOS EJERCICIOS 1,2,3,4,5

Slide 25 - Slide

welke woorden
ken je al in het Spaans
over 'familie'

Slide 26 - Mind map

la madre
el hijo
el abuelo
la hermana
el nieto
la sobrina
het nichtje
de moeder
de kleinzoon
de zus
de opa
de zoon

Slide 27 - Drag question