7. H4 - Spelling (1)

Schrijfvaardigheid
Les 7 van 9: Spelling H4
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Schrijfvaardigheid
Les 7 van 9: Spelling H4

Slide 1 - Slide

Planning
Leerstof per week
1 Formuleren H3 en Spelling H3
2 Grammatica H4 en Formuleren H4
3 Spelling H4 en boekopdracht
Toetsweek
4 Werken aan zakelijke brief
5 Werken aan zakelijke brief

Leerdoel
Ik kan afkortingen en symbolen juist gebruiken.

Slide 2 - Slide

Beknopte of gewone bijzin? En waar?

Denkend aan Holland zie ik brede rivieren.
A
Denkend aan Holland Beknopte bijzin
B
Denkend aan Holland Gewone bijzin
C
Zie ik brede rivieren Beknopte bijzin
D
Zie ik brede rivieren Gewone bijzin

Slide 3 - Quiz

Kies de juiste spelling.

Tijdens het eten .... (verbranden) ik mijn tong, maar het water kon de pijn .... (verzachten).
A
verbrande verzachte
B
verbrandde verzachtte
C
verbrandde verzachten
D
verbrande verzachten

Slide 4 - Quiz

Een laatste spellingskwestie:

Klopt het dat jij 2/twee zusjes hebt?

Slide 5 - Open question

Vandaag
We starten met Spelling H4 over woorden korter schrijven. Je oefent met:
  • afkorting
  • letterwoord
  • initiaalwoord
  • verkorting
  • symbool
We beginnen met de uitlegvideo.

Slide 6 - Slide

m.a.w.
Afkorting
Letterwoord
Initiaalwoord
Verkorting
Symbool
km/h
wc
ufo
prof

Slide 7 - Drag question


Wat betekent de afkorting 'n.a.v.'?

Slide 8 - Open question


Wat betekent de afkorting 'd.w.z.'?

Slide 9 - Open question

Aan de slag!
Je maakt de opdrachten in jouw leerroute van Spelling H4. Let op: het gaat niet alleen over verkorte woorden, maar ook over andere spellingkwesties. Dat maakt niet uit: maak het toch! 

Na de toetsweek: zakelijke brief schrijven + dictee met prijzen!

Slide 10 - Slide