Vooroordelen en rolpatronen

Vader en zoon rijden in de auto, en krijgen een ongeluk. De vader is op slag dood, de zoon gaat per ambulance naar het ziekenhuis. De chirurg buigt zich over het slachtoffer, maar zegt niet te kunnen opereren: ‘Het is mijn zoon.’ Rara, hoe kan dat?
1 / 11
next
Slide 1: Open question

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Vader en zoon rijden in de auto, en krijgen een ongeluk. De vader is op slag dood, de zoon gaat per ambulance naar het ziekenhuis. De chirurg buigt zich over het slachtoffer, maar zegt niet te kunnen opereren: ‘Het is mijn zoon.’ Rara, hoe kan dat?

Slide 1 - Open question

Een les in...
Rolgedrag, stereotypes en vooroordelen

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Van welk rolgedrag is hier sprake en waarom?

Slide 4 - Open question

Vooroordelen
Op grond van een indruk die hij of zij maakt, dichten we een persoon bepaalde eigenschappen toe. Iemand die we aardig vinden schatten we intelligenter in dan iemand die we minder aardig vinden.


Door het halo- en horn-effect gaan we denken in stereotypen (het domme blondje, de luie dikzak, een betrouwbare netjes uitziende vrouw). 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Wie denken jullie dat de leukste collega is om mee te werken?

Slide 7 - Open question

Welk buitenlands bloed stroom door mijn aderen?

Slide 8 - Mind map

Welke muzieksmaak heb ik?

Slide 9 - Open question

Hoe goed is jouw eerste indruk van anderen?
Beantwoord 10 vragen over 10 willekeurige mensen en je ziet nadat je de 10 vragen hebt beantwoord direct of je ze juist had ingeschat of niet.


Het voelt misschien een beetje gek om zo openlijk je vooroordelen te spuien, maar in je hoofd doe je dat voordurend. Je ziet iemand en hebt vaak meteen een bepaald idee bij een persoon.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Link