What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
H2.3 Formuletaal deel 2
H2.3 Formuletaal
1 / 14
next
Slide 1:
Slide
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
14 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
H2.3 Formuletaal
Slide 1 - Slide
2.3 Formuletaal Leerdoel
Je leert
hoe je stoffen met een formule kunt weergeven (opdracht 31 t/m 37).
de formules van een aantal belangrijke stoffen (opdracht 38 en 39).
de naamgeving van eenvoudige stoffen (opdracht 40 t/m 42).
de molecuulmassa berekenen met atoommassa's (opdracht 43 t/m 47).
het massapercentage van een atoomsoort in een molecuul berekenen (opdracht 48 en 49)
Slide 2 - Slide
Namen van moleculen
Er zijn speciale regels gemaakt om de naam van een molecuul te kunnen maken als deze uit 2 verschillende atomen bestaat
Er
moeten
de volgende dingen in de naam staan:
- welke atomen zitten in het molecuul
- hoeveel van elk atoom zit in het molecuul
Slide 3 - Slide
Namen van moleculen
Welk atoom
: om dit te kunnen moet je dus de namen van de atomen uit je hoofd kennen (tabel 2.13 van pag 47 uit §2.2)
Bijvoorbeeld:
C betekent koolstof
N betekent stikstof
S betekent zwavel
Slide 4 - Slide
Namen van moleculen
Welk atoom
: sommige atomen hebben een iets andere naam als ze als 2
e
atoom in de formule staan (zie ook tabel 2.24 op pag 54 van §2.3);
O wordt dan oxide
S wordt dan sulfide
F wordt dan fluoride
Cl wordt dan chloride
Br wordt dan bromide
I wordt dan jodide
Slide 5 - Slide
Namen van moleculen
Hoeveel atomen
: we moeten in de naam ook aangeven hoeveel atomen erin zitten. Dat doen we met telwoorden (tabel 2.23 van pag 54)
Bijvoorbeeld:
S
O
2
heeft als naam:
zwavel
di
oxide
LET OP: Het getal "2" en het woord "di" staan verschillend.
Slide 6 - Slide
Namen van moleculen
Nog een voorbeeld:
Bijvoorbeeld:
C
O
2
heeft als naam:
koolstof
di
oxide
Slide 7 - Slide
Namen van moleculen
LET OP
als er van een atoom maar 1 in een molecuul zit.
- We schrijven dan geen 1 in de formule
- Maar we schrijven wel MONO in de naam
- Maar MONO schrijven we alleen bij het 2e atoom
Bijvoorbeeld:
C
O
heeft als naam:
koolstof
mono
oxide
Slide 8 - Slide
Namen van moleculen
Laatste voorbeeld:
Br
2
S
di
broom
mono
sulfide
Slide 9 - Slide
Geef de systematische naam van
N
2
O
4
Slide 10 - Open question
Geef de formule van difosfortrisulfide
Slide 11 - Open question
Wat is de naam van deze stof?
A
stikstofoxide
B
distikstoftetraoxide
C
zuurstofstikstof
D
distikstoftetrazuurstof
Slide 12 - Quiz
Wat is de naam van deze stof?
A
monostikstofoxide
B
monostikstofdioxide
C
stikstofdioxide
D
stikstofdizuurstof
Slide 13 - Quiz
Welke moleculen zijn juist?
Er zijn meerdere antwoorden goed.
A
B
C
D
Slide 14 - Quiz
More lessons like this
§2.3 - Formuletaal (les 1)
July 2024
- Lesson with
17 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
§2.3 - Formuletaal
October 2022
- Lesson with
22 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
§2.3 - Formuletaal
26 days ago
- Lesson with
25 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
§2.3 - Formuletaal
October 2022
- Lesson with
24 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
§2.3 - Formuletaal
3 days ago
- Lesson with
24 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
§2.3 - Formuletaal
2 days ago
- Lesson with
24 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
2.3 Formuletaal
October 2023
- Lesson with
34 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
§2.3 - Formuletaal
October 2023
- Lesson with
33 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3