Woordenschatquiz

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Deze krant is van vorige week, dus wat erin staat, is niet ACTUEEL.

1. standaard, populair
2. doeltreffend
3. van dit moment
4. feitelijk

Iedereen wilde een feest, maar niemand nam het
INITIATIEF om het te organiseren.

1. Proef om iets uit te proberen
2. Eerste stap
3. Onder controle houden, tegenhouden
4. Doen ontstaan, voortbrengen

Ze kon haar tranen niet BEDWINGEN toen ze het
slechte nieuws hoorde.

1. Onder controle houden, tegenhouden
2. Aanmoedigen
3. blijven steken
4. last hebben (van)

De HERKOMST van dit fruit is Spanje.

1. centrale thema, onderwerp dat steeds terugkomt
2. voorwerp of beeld met een bepaalde, vaste betekenis
4. Waar iets of iemand vandaan komt

Mijn trainer was ONVERBIDDELIJK : ondanks mijn
blessure moest ik tien rondjes hardlopen.

1. een samenwerking beginnen
2. onbeweeglijk worden
3. vastbesloten, niet over te halen
4. vrede hebben (met), accepteren

harmonie (de)
(2 antwoorden mogelijk)

1. overeenstemming
2. muziekgezelschap
3. kinderachtig, dom
4. grote groep mensen

situeren

1. ontleden, uitzoeken
2. plaatsen, de plaats bepalen
3. verbeteren
4. verdraaien

lucratief

1. vindingrijk
2. waar je geld mee verdient
3. praktisch
4. bruikbaar

Zal ik het even recapituleren?

1. kort samenvatten
2. voorzeggen
3. opnieuw doen
4. afmaken

plausibel

1. aantrekkelijk
2. foutloos
3. aannemelijk
4. ongeloofwaardig

onberispelijk

1. foutloos
2. onwaarschijnlijk
3. onverstaanbaar
4. niet te volgen

fiducie

1. belasting
2. zichtbaarheid
3. ontkenning
4. vertrouwen

duperen

1. verdubbelen
2. benadelen
3. snijden
4. verklaren

consensus

1. conflict
2. houdbaarheid
3. overeenstemming
4. disussie

Wat is hij een FLEEMKOUS!

1. zeur
2. slijmbal
3. bedrieger
4. aantrekkelijk persoon

wederhoor

1. reactie
2. slecht luisteren
3. luisteren naar de tegenpartij
4. negeren

limerick

1. een gedicht
2. een slim persoon
3. een trucje
4. een verrassing

linguïstiek

1. vloeibaarheid
2. taalkunde
3. haarband
4. natuurwetenschap

jargon

1. slaapmiddel
2. kledingstuk
3. woorden die bij een vakgebied horen
4. leugentjes om bestwil

affiniteit

1. aantrekkingskracht
2. verwaarlozing
3. crimineel gedrag
4. vertrouwen

entourage

1. bloemstuk
2. omgeving
3. interesse
4. een populair verschijnsel

empathie

1. interesse
2. vervreemding
3. kennis
4. medeleven

nostalgie

1. ouderwets taalgebruik
2. gevaarlijk gedrag
3. heimwee naar vroeger
4. lichamelijke reactie

pseudoniem

1. allergische reactie
2. schuilnaam
3. een andere betekenis
4. een psycholoog

ethisch

1. wat met schoonheid te maken heeft
2. wat met afkomst te maken heeft
3. wat met goed en kwaad te maken heeft
4. wat met voedsel te maken heeft

accorderen

1. muziek maken
2. overeenkomen
3. openstellen
4. concluderen