2LAT week 4

Dinsdag 
1. Huiswerk bespreken 
2. Laatste blokje 6.4 vertalen 
3. 6.4 afronden (vragen, beeldmateriaal) 
4. Afsluiting 
[toetsstof!]
Lesdoel in portfolio
Je kunt aantonen dat je de leestekst begrijpt
1 / 16
next
Slide 1: Slide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Dinsdag 
1. Huiswerk bespreken 
2. Laatste blokje 6.4 vertalen 
3. 6.4 afronden (vragen, beeldmateriaal) 
4. Afsluiting 
[toetsstof!]
Lesdoel in portfolio
Je kunt aantonen dat je de leestekst begrijpt

Slide 1 - Slide

Woensdag 
Eerst: toetsstof SO 6-2 

1. Even ophalen: regel- en onregelmatige werkwoorden 
2. Instructies velle en ferre
3. Opgaven bij velle en ferre 
4. Afsluiting 

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Je kunt regelmatige en onregelmatige werkwoorden onderscheiden.

Je kunt de vormen van de onregelmatige werkwoorden velle, nōlle, mālle en ferre determineren en vertalen

Slide 3 - Slide

1. Even ophalen 
Regelmatige werkwoorden
Onregelmatige werkwoorden 


Lesdoel: 
Je kunt regelmatige en onregelmatige werkwoorden onderscheiden.

Slide 4 - Slide

Regelmatig of onregelmatig?
inf: vocare
1e persoon: voco
A
regelmatig
B
onregelmatig

Slide 5 - Quiz

Regelmatig of onregelmatig?
inf: fieri
1e persoon: fio
A
regelmatig
B
onregelmatig

Slide 6 - Quiz

Regelmatig of onregelmatig?
inf: tegere
1e persoon: tego
A
regelmatig
B
onregelmatig

Slide 7 - Quiz

Maak het rijtje af:
possum- potes- potest-

Slide 8 - Open question

Wat is de vertaling van
'capimus'?

Slide 9 - Open question

Dus: regelmatig
  • praesensstam +uitgangen
  • -o (ik)
  • -s (jij)
  • -t (h/z/h/er)
  • -mus (wij)
  • -tis (jullie)
  • -nt (zij)
  • -re (infinitief)
  • [bijv: narra-mus= wij vertellen]



Onregelmatig 
  • wijkt bij sommige vormen af, stam niet af te leiden van infinitief: 
  • sum 
  • es
  • est
  • sumus
  • estis
  • sunt            
  • (esse=infinitief)

Slide 10 - Slide

2. Velle en ferre 
Onregelmatig, dus aan de infinitief niet zonder meer 
stam af te leiden

Slide 11 - Slide

velle/nolle/malle
  • volo (ik wil)
  • vis (jij wilt)
  • vult
  • volumus
  • vultis
  • volunt
  • wat valt er dus op aan de 'stam'? 
ferre
  • fero (ik draag)
  • fers (jij draagt)
  • fert
  • ferimus
  • fertis
  • ferunt
  • imp=fer/ferte
  • wanneer bindvocaal?

Slide 12 - Slide

Verder: malle/nolle 
  • malo (ik wil liever)
  • mavis (jij wilt liever)
  • mavult etc... (h/z/h wil liever)
  • nolo (ik wil niet)
  • non vis (jij wilt niet)
  • non vult  (h/z/h wil niet)
Samenstelling ferre 
  • af-ferre (ad+ferre): brengen
  • au-ferre (ab+ferre):wegnemen
  • of-ferre: aanbieden
  • re-ferre:terugbrengen
  • trans-ferre:overbrengen

Slide 13 - Slide

3. Opgaven bij velle en ferre 
Opgaven 1, 2, 3 

Je kunt de vormen van de onregelmatige werkwoorden velle, nōlle, mālle en ferre determineren en vertalen

Slide 14 - Slide

4. Afsluiting 
Je kunt de vormen van de onregelmatige werkwoorden velle, nōlle, mālle en ferre determineren en vertalen

Slide 15 - Slide

Donderdag 
1. Even ophalen: velle en ferre 
2. Bespreken oefening 1,2,3
3. In tweetallen: oefening 4 en 6 
4. Afsluiten 

Lesdoel: Je kunt de vormen van de onregelmatige werkwoorden velle, nōlle, mālle en ferre determineren en vertalen

Slide 16 - Slide