Inleiding
- Introduceer jezelf kort
- Geef aan waar je presentatie over gaat. - Vraag je publiek naar hun probleem/ervaring met het onderwerp.
- Vertel welke stelling je hebt gekozen.
Middenstuk
- Leg uit waarom je deze stelling hebt gekozen. Formuleer je standpunt zo kort mogelijk. Hoe korter je je standpunt formuleert, hoe beter de luisteraars begrijpen wat je bedoelt. Maar het heeft nog een voordeel: je komt overtuigender over als je het zo kort en duidelijk kunt vertellen.
- Begin met (minimaal) de twee belangrijkste argumenten voor je standpunt. Onderbouw deze argumenten, bijv met persoonlijke ervaringen. Het publiek kan zich dan beter in jou en in je standpunt verplaatsen.
- Noem minimaal twee tegenargumenten, en onderbouw waarom je het hier niet mee eens bent.
- Geef een advies, verwachting of voorspelling voor de toekomst.
Slot
- Noem kort het probleem waarmee je je betoog bent begonnen.
- Herhaal jouw standpunt en geef je conclusie.
- Bedank je publiek voor hun aandacht.