What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Les 2 - werkwoordvervoeging, présent et passé composé
On a besoin de quoi?
un stylo
un cahier
un ordinateur
pas de portable!
le manuel
1 / 16
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
This lesson contains
16 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
On a besoin de quoi?
un stylo
un cahier
un ordinateur
pas de portable!
le manuel
Slide 1 - Slide
lessonup.com
Slide 2 - Link
Aujourd'hui, on va:
Répéter les verbes
Faire des exercices
Slide 3 - Slide
Est-ce qu'on va...
...écouter la prof?
...travailler en silence?
... ou travailler ensemble?
Slide 4 - Slide
On va...
...écouter la prof!
Slide 5 - Slide
Maar zonder persoonlijk voornaamwoorden kun je geen werkwoorden vervoegen. Dus eerst even dit.
Nederlands
Frans
1e persoon ev
2e persoon ev
3e persoon ev
1e persoon mv
2e persoon mv
3e persoon mv
zij
jullie
ik
wij
jij
zij
hij
elles
ils
vous
il
je
tu
elle
nous
Slide 6 - Drag question
Vergeet dit niet!
Nederlands
Frans
1e persoon ev
Ik
Je
2e persoon ev
Jij
Tu
3e persoon ev
Hij,
zij,
men, het,
Frank,
zijn moeder, het huis...
(u)
Il,
elle,
on,
François,
sa mère,
la maison...
(geen u)
1e persoon mv
wij
nous
2e persoon mv
jullie (FR ook u)
vous
3e persoon mv
Zij, jouw ouders, de bossen
Ils,
elles,
tes parents,
les forêts...
Slide 7 - Slide
Nu de uitgangen van de présent
Onderwerp
Stam
+ uitgang
1e persoon ev
parl
2e persoon ev
dans
3e persoon ev
chant
1e persoon mv
regard
2e persoon mv
écout
3e persoon mv
march
vous
elle
nous
les enfants
tu
je
ent
es
e
ons
ez
e
Slide 8 - Drag question
Verbes ER - présent
Je gebruikt deze tijd:
voor alles in het hier en nu: acties, gewoontes...
Regel:
onderwerp + hele werkwoord - er + uitgang
Voorbeeld: ik dans --> je + danser - er --> dans + uitgang van "je" --> je dans
e
Slide 9 - Slide
Nu de passé composé
Onderwerp
Hulpwerkwoord
Stam
+ uitgang
1e persoon ev
parl
é
2e persoon ev
dans
é
3e persoon ev
chant
é
1e persoon mv
regard
é
2e persoon mv
écout
é
3e persoon mv
march
é
Francine
nous
j'
ils
tu
vous
ont
a
ai
avez
avons
as
Slide 10 - Drag question
Verbes ER - passé composé
Je gebruikt deze tijd:
Voor gebeurtenissen / handelingen in het verleden, een verandering van A naar B ("Plotseling..." "En toen...")
Of: iets wat je "al" hebt gedaan, een afgeronde handeling in het nabije verleden
Regel:
onderwerp + hulpwerkwoord (avoir/être) + hele werkwoord - er + é (uitgang)
Voorbeeld: ik heb gedanst --> je + avoir --> j'ai + danser - er --> dans + uitgang passé composé: é --> j'ai dans
é
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Verbes irréguliers...
AVOIR
ALLER
ÊTRE
FAIRE
Onregelmatig, dus losse vormen uit je hoofd leren!
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Menu au choix:
Maak een overhoorbriefje voor onregelmatige werkwoorden die je lastig vindt
Ou bien:
Entraînez-vous!
Maak een (deel van) een oefenstencil.
... mais doucement!
Slide 15 - Slide
Merci et à la prochaine!
Et n'oubliez pas les devoirs:
Slide 16 - Slide
More lessons like this
Le passé composé v2
February 2023
- Lesson with
27 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
H4/V4 - 12-10-2023 - 1B grammaire
October 2023
- Lesson with
12 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
3h - Chapitre 1 - H
October 2022
- Lesson with
30 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
4v werkwoorden en tijden
September 2023
- Lesson with
43 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4
Verbes Irréguliers v3
September 2021
- Lesson with
31 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Herhalen avoir, être, faire, aller in alle tijden
March 2024
- Lesson with
38 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
klas4: werkwoorden en tijden
September 2023
- Lesson with
45 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4
v4 - vr270924
September 2024
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4