vrijdag 30 september 2022

Lezen
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Lezen

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Thema 3 Bellen en mailen

Slide 3 - Slide

de kerk
  • een gebouw waar mensen samen komen om te geloven.
  • de kerk - de kerken
  • zin: Op zondag ga ik naar de kerk.

Slide 4 - Slide

de keuken
  • De keuken is een plek in huis waar je eten kook.
  • de keuken - de keukens
  • zin: In de keuken staan een koelkast, een fornuis en een magnetron. 

Slide 5 - Slide

de kilometer
  • Een kilometer is hetzelfde als 1000 meter. Kilometer = km
  • Kilo = 1000
  • zin: De afstand tussen de school en het station is 3 kilometer

Slide 6 - Slide

klein
  • niet groot
  • klein - kleiner - kleinst
  • zin: Een muis is een klein dier. 
  • zin: Ik ben kleiner dan mijn broer.

Slide 7 - Slide

de kleur
  • Rood, blauw en groen zijn kleuren.
  • de kleur - de kleuren
  • zin: Een tomaat heeft een rode kleur

Slide 8 - Slide

Pak je laptop

Slide 9 - Slide

Met de klok mee
vanaf boven:

1
A
rood - roze - blauw - groen - geel - oranje
B
rood - roze - blauw - geel - groen - oranje
C
rood - roze - groen - blauw - geel - oranje
D
rood - oranje - blauw - groen - geel - roze

Slide 10 - Quiz

A - Ik ga naar de bank om geld te halen.
B - Ik ga lekker op een bank zitten.
C - Ik lig op de bank als ik moe ben.
1
A
A - goed B - fout C - goed
B
A - goed B - goed C - goed
C
A - fout B - goed C - goed
D
A - goed B - goed C - fout

Slide 11 - Quiz

1
Wat hoort er bij: 
beneden?

Slide 12 - Drag question

1
timer
1:00
Hoeveel uur lig jij in bed?

Slide 13 - Mind map

A - Ik wil een .............. boek lezen.
B - Ik ren ............... hem aan.
C - Ben je nu .......... klaar?
1
A
A - ander B - agter C - al
B
A - andere B - achter C - al
C
A - ander B - achter C - al
D
A - ander B - al C - achter

Slide 14 - Quiz


2
A
Hij is blij.
B
Hij heeft blij.
C
Hij is doen blij.
D
Hij hebt blij.

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Video

Een kip is een ..................
De kip is ........... als hij een ei legt.
Het ei is een ......................
2
A
dier - blij - dier
B
dier - blij - ding
C
ding - blij - ding
D
dier - buiten - dier

Slide 17 - Quiz

Maak een zin met:
werkwoord: wonen - de buurt - ik
2

Slide 18 - Open question

2
timer
1:00
Welk gebouw is er in jouw buurt?

Slide 19 - Mind map

A - Ik eet die appel op.
B - Ik lees die boek.
C - Ik pak die kip.
D - Ik drink uit die glas.
2
A
A - goed B - fout C - goed D - goed
B
A - goed B - fout C - goed D - fout
C
A - goed B - goed C - goed D - fout
D
A - goed B - fout C - fout D - goed

Slide 20 - Quiz


Ik ............ met mijn ......... en ........
een ..........
4
A
luister - oren - hoor - geluid
B
horen - oren - hoor - geluid
C
luister - oren - hoor - kerk
D
horen - oren - luister - geluid

Slide 21 - Quiz

4
timer
1:00
Wat staat er in jouw kamer?

Slide 22 - Mind map

Pauze tot 10.30 u

Slide 23 - Slide

Toets thema 3 week 1

Slide 24 - Slide

Helderse Vallei

Slide 25 - Slide

Rekenen
Meneer Sebastiaan: Kisanet, Selam, Mohammed AQ en Gezai

Slide 26 - Slide

Disk

Map

Slide 27 - Slide

Fijn weekend!

Slide 28 - Slide