hoofdstuk 3. De bevalling 3.1 t/m 3.3

De bevalling
iets te melden?

storingen hebben voorrang.
1 / 21
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

De bevalling
iets te melden?

storingen hebben voorrang.

Slide 1 - Slide

Euh, hoe zit dat?


Digitale vragen worden niet of slecht gemaakt.

Slide 2 - Slide

In de baarmoeder zit behalve het kind ook een....

Slide 3 - Mind map

de placenta
  • In de baarmoeder bevinden zich de placenta en de vruchtwaterzak met de baby
  • De baby is door de navelstreng verbonden met de placenta. 




De placenta zorgt voor: zuurstof, voedingsstoffen en afvalstoffen tussen moeder en baby.
De placenta produceert hormonen
De placenta scheidt de bloedsomloop van de moeder en de baby

De placenta bestaat uit 2 delen: Het gedeelte van het kind en van de moeder.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

de navelstreng
Verbinding tussen baby en placenta
Ongeveer 50 cm
2 slagaders en 1 ader
De witte gelei zorgt ervoor dat de aders niet dichtgedrukt kunnen worden.

Slide 7 - Slide

De vruchtwaterzak
In de baarmoeder zit de baby in een vruchtwaterzak gevuld met vruchtwater.




Vruchtwater is om:
- ter beschermen tegen beschadigingen. (klappen)
- zorgt dat de baby zich kan bewegen
- als de baby wat inslikt, traint hij in zijn ademhaling / spijsvertering
- beschermt tegen infecties
- zorgt voor een constante temperatuur in de baarmoeder

Slide 8 - Slide

Hormonen tijdens de bevalling





prostaglandine  -> oefenweeën en verweking van de baarmoedermond
Oxytocine             -> zorgt voor weeën. Zorgt voor een soort roes
endorfine              ->natuurlijke pijnstiller

Slide 9 - Slide

Baringshoudingen
Vrouw kiest van nature vaak wat bij haar past.
Alle houdingen hebben voor- en nadelen

Slide 10 - Slide

4 fasen van de bevalling
  1. Latente fase
  2. ontsluitingsfase
  3. uitdrijvingsfase
  4. nageboorte fase

Slide 11 - Slide

Latente fase
De baarmoedermond verweekt door oefenweeën. 
Baarmoedermond is 3 tot 4 cm geopend.
Verlies van slijmprop. Deze beschermt het kind tegen infecties van buitenaf.
De duur van deze fase is verschillend. Van enkele uren tot een dag. 
Kraamverzorgende meestal nog niet aanwezig bij deze fase.

Slide 12 - Slide

Ontsluitingsfase
De baarmoedermond opent en rekt op bij elke wee. Tot een diameter van 10 cm. 
Ontsluitingsfase bij weeën om de 5 minuten. Pijn is heftig. Vrouwen vinden het moeilijk om te ontspannen. Letten op ademhaling.

Bij een eerste bevalling gaat het ontsluiten ongeveer met 1 cm per uur.
Volledige ontsluiting bij 10 cm.

Slide 13 - Slide

Uitdrijvingsfase
Voordat de vrouw mag persen:
- controle of er volledige ontsluiting is -> vaginale touche
- controle stand en ligging van de baby -> i.v.m. voorbereiding voor de vrouw en complicaties

Persweeën drijven de baby naar buiten.
spildraai-> dan hoofd van de baby in de vagina. De wanden van de vagina zijn rekbaar.
Als bekkenbodemspieren te stevig zijn, kan het moeilijk zijn om de baby om hier door te persen.

Druk op het perineum. Tegendruk door verloskundige om scheuren te voorkomen. Soms episiotomie (knip) -> vaak zonder verdoving. -> gehecht

Controle op navelstreng om nek, dan nog 1x persen voor de schouders en de rest van het lichaam.



Slide 14 - Slide

nageboorte fase
Tijd tussen de geboorte van de baby en de placenta.
Dit kan al binnen een kwartier.
Oxytocine bevordert het samentrekken van de baarmoeder.
Bloedverlies tijdens een bevalling is ongeveer 350 tot 500ml
Na de geboorte van de placenta is de bevalling afgerond. Dan begint de post placentaire fase.

Slide 15 - Slide

Postplacentaire fase
Start na de geboorte van de placenta en duurt ongeveer 2 uur.
Controle van de placenta.
Schatting van bloedverlies.
Hechten van scheurtjes of episiotomie.
Vrouw heeft het vaak koud of trilt. Komt door inspanning.

Slide 16 - Slide

Wat is een episiotomie?
A
een allergische reactie
B
een knip
C
een scheur

Slide 17 - Quiz

Een ander benaming voor het hormoon oxytocine is...
A
knuffelhormoon
B
blijheidshormoon
C
starthormoon
D
zwangerschapshormoon

Slide 18 - Quiz

Waar zorgt oxytocine voor?
A
betere placenta
B
krimpen van de baarmoeder
C
op gang komen van de borstvoeding

Slide 19 - Quiz

Assistentie tijdens de partus (bevalling)
  • Observeren van de barende
  • Ondersteunen van de barende
  • Ondersteunen van de partner
  • controleren of alles klaarstaat voor de bevalling
  • praktische zaken

Na de bevalling feliciteer je de ouders na de verloskundige. Je zorgt voor iets eten/ drinken.
Baby moet binnen een uur aangelegd worden voor borstvoeding. Bloot op bloot.

Slide 20 - Slide

aan het werk:
Lees blz. 25 t/m 35
maak digitale opdrachten t/m 16 (let op bij meer dan 2 fout word je gereset. 
Boek: A. Begeleiding van de bevalling 1/tm4
B. Houding tijds de bevalling opdracht: 1-2-3

Slide 21 - Slide