A-WB1-Les16-Enkelvoudige rekenkundige bewerkingen

Enkelvoudige rekenkundige
bewerkingen

+   :   x   -   =
Bronnen: 
https://operatoropleiding.nl
1 / 35
next
Slide 1: Slide
ProcestechniekMBOStudiejaar 1

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Enkelvoudige rekenkundige
bewerkingen

+   :   x   -   =
Bronnen: 
https://operatoropleiding.nl

Slide 1 - Slide

Benodigdheden
  • Rekenmachine
  • Codex-tabellenboek
  • Pen en papier
  • Mobiele telefoon met internet: www.lessonup.app

Slide 2 - Slide

Opbouw van de les
- Ervaringen (Woordwolk)
- Leerdoelen
- Theorie en rekenen: enkelvoudige berekeningen
- Samenvatting
- Vragen

Slide 3 - Slide

Waar denk je
aan bij rekenen?

Slide 4 - Mind map

Leerdoelen
Na deze les kun je:
Benoemen van getallen
Herkennen van wiskundige symbolen en operatoren
Rekenen met getallen:
  • Optellen en aftrekken
  • Vermenigvuldigen en delen
Rekenen met getallen volgens een volgorde van bewerkingen

Slide 5 - Slide

Deelverzamelingen
N: Natuurlijke getallen
0, 1, 2, 3, 4, etc.

Z: Gehele getallen
-4, -3, -2, -1, 0, 1, 2, 3, 4,.....

Q: Rationele getallen
N + Z + -7/11 , 2/3 , 1,33333

R: Rëele getallen
N + Z + Q +√2, π
(oneindig veel cijfer na komma)









Slide 6 - Slide

Met welk symbool geef je alle getallen
samen aan?
A
R
B
Q
C
N
D
Z

Slide 7 - Quiz

Afronden
  1. Kijk één getal verder dan het aantal cijfers waarop je moet afronden.
  2. 0, 1, 2, 3 of 4? Er verandert niets en je laat alle overige decimalen weg.
  3. 5, 6, 7, 8 of 9? Je verhoogt het cijfer waarop je moet afronden met 1.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Rond af op 2 decimalen
3,1415
A
3,141
B
3,142
C
3,14
D
3,15

Slide 10 - Quiz

Rond af op 3 decimalen
2,41351
A
2,41
B
2,42
C
2,413
D
2,414

Slide 11 - Quiz

Rekenen met getallenlijn
-

-7 + 4    

Slide 12 - Slide

Onbekenden
y = -7 + x

x en y zijn onbekend
x en y heten ook wel parameters of variabelen

Slide 13 - Slide

Mini Pauze
timer
5:00

Slide 14 - Slide

Operatoren (1)
Unaire operatoren
Bewerking met 1 getal (UNO)  Voorbeeld √25 = 5
Binaire operatoren
Bewerking met 2 of meer getallen
Voorbeeld: 2 + 5 = 7


Slide 15 - Slide

Symbolen voor wiskundige bewerking
Unair / Binair
Assignmentoperatoren

Tip: gebruik Codex-tabellenboek

Slide 16 - Slide

Rekenmachine bewerkingen
Haakjes
Bijvoorbeeld: 3 x (4 + 2) = 24
Vermenigvuldigen en Delen
Optellen en Aftrekken
Is gelijk aan
Na indrukken van =-teken wordt het antwoord gegeven.
Komma
De punt wordt gebruikt als komma in een getal. Bijvoorbeeld 9,55 --> 9.55
Voorbeeld: 9,55 --> typ in 9.55

Slide 17 - Slide

Rekenmachine
Instelling rekenmachine:
  • Klik 3x op Mode CLR 
  • Klik op "cijfer 3" (Norm)
  • Klik op cijfer “1” of “2”

Weergave:
"1"  voorbeeld 0,0003  ---->  3 x 10-04
"2" voorbeeld 0,0003   ----> 0,0003

Slide 18 - Slide

Grote getallen weergeven
honderdduizend
100000
100.000

13 miljoen
13000000
13.000.000

Slide 19 - Slide

Rekenen met negatieve getallen
Optellen van min 10 en min 16
(-10) + (-16) = -26

Aftrekken van min 10 en min 16
(-10) - (-16)  = 6
(min x min = plus)

Slide 20 - Slide

Optellen
22   +   5   =   27
som
 optellen
5  +   22   =   27
Druk
bar of N/m2
22 bar + 5 bar  = 27 bar
5 bar + 22 bar  = 27 bar

Slide 21 - Slide

Aftrekken
43   -   37   =   6
verschil
aftrekken
37  -   43   =   -6
Temperatuur
43 ℃ - 37 ℃  = 6 ℃
37 ℃ - 43 ℃  =  -6 ℃
het antwoord is negatief!

Slide 22 - Slide

Mini Pauze
timer
5:00

Slide 23 - Slide

Vermenigvuldigen
20  x   8   =   160
product
vermenigvuldigen
  8  x     20   =  + 160  --> 160
20 blikjes x 8 uur = 160 blikjes

- 8  x     20   =  - 160
  8   x  - 20   =  - 160
- 8   x  - 20   = + 160  --> 160
even aantal -tekens --> positief
oneven aantal -tekens --> negatief
(x teken of · teken of * teken) 

Slide 24 - Slide

Delen
200  :   5   =   40
quotiënt

 delen
(: teken of / teken) 
  5  :     200  =    0,025
--> Controlemiddel: 40 x 5 = 200
  200 : - 5=  -40

- 200 : - 5 =  40
200

5
= 40
200

5
=   1
40

Slide 25 - Slide

Volgorde van bewerkingen (1)
  1. Eerst uitrekenen wat er tussen haakjes staat   (...) 
  2. Dan machtsverheffen en worteltrekken      102   √25
  3. Daarna vermenigvuldigen en delen               x    :
  4. Ten slotte optellen en aftrekken                       +   -

Voorbeeld: 
28 - 7 x 3 + (27 - 5) : 2

Slide 26 - Slide

28 - 7 x 3 + (27 - 5) : 2 =

Slide 27 - Open question

Uitleg berekening
28 - 7 x 3 + (27 - 5) : 2

Stap 1: Haakjes wegwerken 
              (27-5) = 22
Stap 2: Vermenigvuldigen en delen
              28 - 7 x 3 + 22 : 2
Stap 3: Optellen en aftrekken
              28 - 21 + 11               --> Antwoord: 18

Slide 28 - Slide

In een productiebedrijf staan vier machines met de volgende capaciteiten.
- Machine één: 23 producten per minuut
- Machine twee: 31 producten per minuut
- Machine drie: 16 producten per minuut
- Machine vier: 28 producten per minuut
Hoeveel producten worden er in totaal door de vier machines per minuut geproduceerd?
A
5880
B
24,5
C
2352
D
98

Slide 29 - Quiz

Aluminium wordt in een oven verwarmd tot 800°C. Daarna wordt het in een vorm gegoten. Tijdens het gieten koelt het aluminium 140°C af.

Wat is de temperatuur van het aluminium na het gieten?
A
5,7 °C
B
660 °C
C
140 °C
D
940 °C

Slide 30 - Quiz

Een kunststofproduct dat net uit de spuitgietmachine komt, heeft een temperatuur van 57°C. Gedurende vijf seconden koelt het product 4°C per seconde af.

Wat is de juiste berekening hierbij?
A
57 + 5 + 5 + 5 + 5 = 77°C
B
57 + (-5) + (-5) + (-5) + (-5) = 37°C
C
57 + (-4) + (-4) + (-4) + ( -4) + ( -4) = 37°C
D
57 + 4 + 4 + 4 + 4 + 4 = 77°C

Slide 31 - Quiz

Door een warmtewisselaar stroomt 300 liter koelvloeistof per uur.

Hoeveel liter koelvloeistof stroomt er per seconde door de warmtewisselaar?
A
12,5 liter
B
ongeveer 0,08 liter
C
30 liter
D
5 liter

Slide 32 - Quiz

Samenvatting (1)
Onbekende / parameters / variabelen
voorbeeld: y = -7 + x
Getallenlijn
Afronden
Verzameling

Slide 33 - Slide

Samenvatting (2)
Operatoren
Unair --> met 1 getal
Binair --> 2 getallen of meer
Assignmentoperatoren  -->   = , >, <
  1. Haakjes (.....)
  2. machtsverheffen en worteltrekken      102   √25
  3. vermenigvuldigen en delen                    x    :
  4. optellen en aftrekken                                +   -
Volgorde bewerkingen

Slide 34 - Slide

Einde les 16
timer
17:00
ca. 30 meerkeuzevragen
Hebben jullie nog vragen?
Hoe vonden jullie deze les?
Lees de theorie en kijk de video's in de ELO
Maak deze lestoets

Slide 35 - Slide