What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Wortschatz Examen
1 / 19
next
Slide 1:
Video
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
1 video
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Video
Welke functie heeft dit signaalwoord?
dagegen (daarentegen)
A
tegenstelling
B
opsomming
C
gevolg / conclusie
D
voorbeeld
Slide 2 - Quiz
Welke functie heeft dit signaalwoord?
außerdem (bovendien)
A
voorbeeld geven
B
vergelijken
C
extra informatie
D
opsomming
Slide 3 - Quiz
Welke functie heeft dit signaalwoord?
darum
A
conclusie
B
extra informatie
C
tegenstelling
D
voorbeeld geven
Slide 4 - Quiz
Welke functie heeft dit signaalwoord?
z.B.
A
versterking
B
voorbeeld geven
C
beperking
D
tegenstelling
Slide 5 - Quiz
Welke functie heeft dit signaalwoord?
dagegen
A
opsomming
B
voorbeeld geven
C
conclusie
D
tegenstelling
Slide 6 - Quiz
Welke functie heeft dit signaalwoord?
je...desto
A
tegenstelling
B
reden/ oorzaak
C
gevolg/ conclusie
D
uitbreiding/ opsomming
Slide 7 - Quiz
Wat betekent: also?
Mein Bruder ist achtzehn, also ist er jetzt erwachsen.
Slide 8 - Open question
Wat betekent: da?
Jesse kommt nicht mit, da er keine Zeit hat.
Slide 9 - Open question
Wat betekent: Deswegen?
Meine Oma wird 70. Deswegen gibt es eine Feier.
Slide 10 - Open question
Wat betekent: geeignet sein?
Der Rucksack muss für die lange Reise geeignet sein.
Slide 11 - Open question
Wat betekent: im Recht sein?
Warum willst du immer im Recht sein?
Slide 12 - Open question
Wat betekent: kaum?
Unser Vater hat kaum Haare auf dem Kopf.
Slide 13 - Open question
Wat betekent: trotzdem?
Mein Opa wohnt weit weg, trotzdem besuche ich ihn oft..
Slide 14 - Open question
Wat betekent: Voraussetzung?
Was ist die Voraussetzung für ein glückliches Leben?
Slide 15 - Open question
Wat betekent: weil?
Der Zug fährt nicht, weil der Strom ausgefallen ist.
Slide 16 - Open question
Wat betekent: wenn?
Wenn der Bus nicht kommt, müssen wir laufen.
Slide 17 - Open question
Wat betekent: ziemlich?
Ich kann ziemlich gut schwimmen.
Slide 18 - Open question
Wat betekent: zum Beispiel?
Lucia ist zum Beispiel eine meiner besten Freundinnen.
Slide 19 - Open question
More lessons like this
Examentraining
April 2024
- Lesson with
14 slides
Duits
Middelbare school
vmbo lwoo, t, mavo
Leerjaar 4
Examentraining
April 2024
- Lesson with
14 slides
Duits
Middelbare school
vmbo lwoo, t, mavo
Leerjaar 4
Examentraining
April 2024
- Lesson with
14 slides
Duits
Middelbare school
vmbo lwoo, t, mavo
Leerjaar 4
Examentraining
April 2024
- Lesson with
14 slides
Duits
Middelbare school
vmbo lwoo, t, mavo
Leerjaar 4
Examentraining
April 2024
- Lesson with
14 slides
Duits
Middelbare school
vmbo lwoo, t, mavo
Leerjaar 4
Examentraining
September 2024
- Lesson with
14 slides
Duits
Middelbare school
vmbo lwoo, t, mavo
Leerjaar 4
Examentraining
September 2024
- Lesson with
14 slides
Duits
Middelbare school
vmbo lwoo, t, mavo
Leerjaar 4
Examentraining
July 2024
- Lesson with
14 slides
Duits
Middelbare school
vmbo lwoo, t, mavo
Leerjaar 4