Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1
This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Vikingen
Naar LessonUp.app!
Slide 1 - Slide
Thema 4: Blok 3
Waar zijn we in de tijd?
Kennen & kunnen
Uitleg Vikingen
Aan de slag!
Terug- en vooruitblik
Slide 2 - Slide
De 10 tijdvakken
Slide 3 - Slide
De Tijd van Monniken en Ridders is:
A
van 500-1000
B
van 1000-1500
C
hetzelfde als de Vroege Middeleeuwen
D
hetzelfde als de Late Middeleeuwen
Slide 4 - Quiz
Wat weet jij allemaal over de middeleeuwen?
Slide 5 - Mind map
Wat zijn Vikingen?
''Vikingr'' is een werkwoord
Soldaat, krijger, rover, piraat
Niet alle Noormannen of Denen waren Viking
Waarom?
Noorwegen en Denemarken zijn nou niet bepaald landbouwvriendelijk
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Noormannen
Rond het jaar 900 vertrekken de Noormannen (of Vikingen) vanuit Scandinavie.
De Vikingen hebben erg goede schepen.
Ze gebruikten hun schepen om handel te drijven, maar ook om op rooftocht te gaan.
De vikingen ontdekken dat Europa zwak is en roven steeds meer spullen bij elkaar
De Vikingen geloofden dat ze in het Walhalla (de Vikinghemel) kwamen als zij dapper vochten. Sterven in de strijd was de hoogte mogelijke eer. Valt het je ook op dat de Vikingen op de afbeelding helmen zonder hoorns dragen... Dat komt omdat de hoorns er later bij bedacht zijn, in het echt hadden ze dat helemaal niet!
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Lindisfarne
Engeland
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Vikingen in moderne media...
Vikingen steeds populairder
Neergezet als:
Barbaren
Bouwers
Vechters
Slide 13 - Slide
Vikingen trekken weg
Rijke boeren bouwen kastelen
Ridders te paard
Meer soldaten
Vikingen worden bang
Verdienen niet meer aan tochten
Slide 14 - Slide
Wijs het juiste leefgebied van de Vikingen aan op de kaart.
Slide 15 - Drag question
Welk icoon behoort bij het tijdvak waarin deze les zich afspeelt?
A
B
C
D
Slide 16 - Quiz
Welke drie landen vormden de 'hoofdlanden' van de Vikingwereld?
A
Engeland, Nederland en Denemarken
B
Finland, IJsland en Zweden
C
Noorwegen, Zweden en Denemarken
D
Nederland, Zweden en Duitsland
Slide 17 - Quiz
Vul de zin aan:
"De Vikingen geloofden in..."
A
Eén enkele god
B
Meerdere goden
Slide 18 - Quiz
Wat maakte dat Europa in de Vikingtijd slecht of niet verdedigd werd?