Hoofdstuk 3.7 grammatica

Vandaag
Vorige keer
instructie
oefenen
verwerken
afronden
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Vandaag
Vorige keer
instructie
oefenen
verwerken
afronden

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Vorige les
Predicaat
Valentie

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Predicaat:
De Russische soldaten beschieten de stad met hun wapens.
A
Russische
B
soldaten
C
beschieten
D
wapens

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de Valentie van: beschieten?
Betekenis Valentie
Hoeveel rollen kunnen worden verdeeld?
A
1 alleen onderwerp
B
2 onderwerp en lijdend voorwerp
C
3 ow, lv en mv
D
0

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het predicaat: Vladimir Poetin is de oorlog tegen Oekraïne begonnen.
A
Vladimir Poetin
B
is
C
de oorlog
D
begonnen

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de persoonsvorm?
Vladimir Poetin is de oorlog tegen Oekraïne begonnen.
A
Vladimir Poetin
B
is
C
Oekraïne
D
begonnen

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Valentie van begonnen
A
0
B
1 (ow)
C
2 (ow, lv)
D
3 (ow, lv, mv)

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Lesdoel
Je kunt na deze les:
het werkwoordelijk gezegde in een zin vinden.
het onderwerp in de zin vinden
het lijdend voorwerp in de zin vinden

Dit doe je door te kijken naar het predicaat van de zin.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld 1. opdr2 blz 240
Mel Wallis de Vries heeft het spannende boek Klem geschreven.
pv:
wg:

onderwerp (Wie of wat doet de handeling):
lijdend voorwerp ( wat ondergaat de handeling):

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Een klas is vakantie aan het vieren op Vlieland.


pv:
wg:
predicaat:
onderwerp (Wie of wat doet de handeling):
lijdend voorwerp ( wat ondergaat de handeling):
* zie leerstof blz.

Slide 10 - Slide

vieren staat niet alleen. aan het vieren is in zijn totaliteit een deel van het wg.
wg: is aan het vieren.

Iemand is iets aan het vieren.
Zelf doen.

Je maakt nu zelf de zinnen c, d, e en f.


Slide 11 - Slide

This item has no instructions

bespreken opdracht 2

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Maken opdracht 4 (blz 241)
Je schrijft van elke zin de persoonsvorm.
klaar: lezen leertekst werkwoordelijk gezegde 1
maken opdracht 5
lezen leertekst werkwoordelijk gezegde 2
maken opdracht 6

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel:
Vandaag hebben we geleerd hoe je het werkwoordelijk gezegde kunt vinden.

Geef aan in hoeverre je dit nu al denkt te beheersen.
0 is helemaal niet
5 is helemaal.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Ik kan het werkwoordelijk gezegde uit een zin herkennen en aangeven
05

Slide 15 - Poll

This item has no instructions

Ik kan het onderwerp uit een zin halen.
05

Slide 16 - Poll

This item has no instructions

Ik kan het lijdend voorwerp uit een zin halen.
05

Slide 17 - Poll

This item has no instructions