Hoe herken je een tegenstelling?
Een tegenstelling kan ook een heel ander woord zijn:
aanvallen - verdedigen, warm-koud, wit-zwart etc.
Een tegenstellling volgt vaak na een signaalwoord:
maar, anderzijds, daarentegen, echter, evenwel, hoewel, aan de andere kant, tegenover.
Voorbeeldzin met evenwel: Ik had alle goede diploma's voor de functie, evenwel ik kreeg de functie niet.