spreekwoorden

Welkom op het Mendelcollege

Wie ben ik?
Bianca Handgraaf
Wat ben ik?
Docent Nederlands
Wie ben ik?
Bianca Handgraaf

Wat ben ik?
Docent Nederlands

1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom op het Mendelcollege

Wie ben ik?
Bianca Handgraaf
Wat ben ik?
Docent Nederlands
Wie ben ik?
Bianca Handgraaf

Wat ben ik?
Docent Nederlands

Slide 1 - Slide

Spreekwoorden
Gezegdes


1) Is er verschil?
2) Combineren
3) Quizje/rebus
4) Bingoverhaal
5) Afsluiting

Slide 2 - Slide

Spreekwoord of gezegde? Verschil?

Als er een schaap over de dam is, volgen er meer.


Met de mond vol tanden staan.




Slide 3 - Slide

Verschil spreekwoord/gezegde
       Spreekwoord is vaste zin. Kun je niet veranderen. 
       Gezegde is een deel van een zin. Je moet er iets aan 
       toevoegen.              
       Allebei figuurlijk bedoeld.

Slide 4 - Slide

Combineren
  • Iedereen krijgt een deel van een spreekwoord
  • De een heeft bijvoorbeeld: Als de kat van huis is
  • Een ander heeft: dansen de muizen op tafel
  • Op mijn teken loop je rond en zoek je iemand die de aanvulling heeft op jouw spreekwoord/gezegde
  • Gevonden? - Dan bedenken wat het betekent.

Slide 5 - Slide

Quizje
Wat is de betekenis van de volgende spreekwoorden?
Of vul de spreekwoorden op de juiste manier aan.
Wie kan dit foutloos?

Slide 6 - Slide


Je wilt toch weten wat voor vlees je in de.....
A
kist hebt
B
kuip hebt
C
tas hebt
D
kast hebt

Slide 7 - Quiz


Twee handen op één..
A
buik
B
schouder
C
pruik
D
tafel

Slide 8 - Quiz


Dweilen met de kraan open.
Betekenis?
A
Werk verrichten zonder succes.
B
Het niet meer zien zitten.
C
Altijd maar bezig zijn.
D

Slide 9 - Quiz


Slapen als een..
A
marmot
B
vos
C
beer
D
neushoorn

Slide 10 - Quiz


Zo arm als een..
A
rat
B
luis
C
dode muis
D
kerkrat

Slide 11 - Quiz

Teks
Los de volgende rebus zo snel mogelijk op. Steek je vinger op als je de oplossing weet en de betekenis .

Slide 12 - Slide

  • De appel valt niet ver van de boom

Slide 13 - Slide

Spreekwoordenbingo
  • Je doet dit in tweetallen. Je krijgt een bingokaart.
  • Ik lees een verhaal voor waarin spreekwoorden/gezegdes zijn verborgen.
  • Kruis de betekenis op je kaart in het juiste hokje aan.
  • Alle hokjes vol? Roep BINGO. 

Slide 14 - Slide

krieken van de dag=
heel vroeg in de ochtend
scheelde een haartje=
scheelde heel weinig
ik ben ziedend=
heel boos zijn
stalen ros=fiets
mussen vallen van de daken=
snikheet
het loodje leggen=eronderdoor gaan
met je neus in de boter vallen=
op het juiste moment ergens zijn
met je handen in het haar zitten=
niet weten wat je moet doen
iets in de smiezen hebben=
iets in de gaten hebben
in duigen vallen=mislukken
in de zevende hemel zijn=heel gelukkig zijn
op je teentjes getrapt zijn=heel gauw kwaad zijn
plooien glad strijken=ruzie bijleggen
doen alsof je neus bloedt=doen alsof er niets aan de hand is
spaak lopen=alles loopt verkeerd
twee linker handen hebben=onhandig zijn
het hazenpad kiezen=op de vlucht slaan
oost west, thuis best=thuis is het het fijnst

Slide 15 - Slide

Afsluiting
  • Welke zin is een spreekwoord en welke een gezegde?
  • Staan als je denkt dat het om een spreekwoord gaat.
1) Uit de school klappen.
2) Baat het niet dan schaadt het niet.


Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video