What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
español 16a martes
español 16a martes
Hola. Buenas tardes.
Habéis terminado la Unidad 4 ?
Vamos a empezar con la Unidad 5:
En la agencia de viajes.
1 / 10
next
Slide 1:
Slide
Spaans
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
10 slides
, with
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
español 16a martes
Hola. Buenas tardes.
Habéis terminado la Unidad 4 ?
Vamos a empezar con la Unidad 5:
En la agencia de viajes.
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Qué es una Agencia de Viajes?
Slide 2 - Slide
Wat betekent de vraag?
Vraagwoord: qué
las 4 estaciones
Cuándo quieres
ir de vacaciones?
Quiero
ir de vacaciones
en ...
Slide 3 - Slide
Qué significa: las 4 estaciones?
Qué significa la pregunta?
Vraagwoord: Cuándo
Y tu respuesta ...
Adónde?
Adónde quieres ir ?
Quiero ir a Barcelona.
Quiero ir al sur de España.
Quiero ir a la playa.
Adónde queréis ir ?
Queremos ir a Madrid.
Queremos ir al norte de España.
Queremos ir a la montaña.
Slide 4 - Slide
Vraagwoord: Adónde
Let op de woordvolgorde in het antwoord
Quiero ir a ...
persoonsvorm + infinitief + a
I want to go to ...
Dus net als in het Engels
las 4 estaciones
Cuándo vas
de vacaciones?
Voy
de vacaciones
en ...
Cuándo váis de vacaciones?
Vamos de vacaciones en ...
*
voy-vas-va-vamos-váis-van
Slide 5 - Slide
La conjugación del verbo
ir
es irregular
vragen & antwoorden
Als je iets moet regelen
(bijvoorbeeld een reis)
wissel je informatie uit.
Om achter de juiste
(reis)
gegevens te komen, stel je vragen.
Daarvoor heb je vraagwoorden nodig.
Bijvoorbeeld: waar, wanneer, hoe, ...?
Slide 6 - Slide
This item has no instructions
Wat kennen we al?
Cómo
te llamas ?
Cómo
estás ?
Qué
tal ?
De dónde
eres ?
Dónde
vives ?
Cuánto
cuesta ?
Cuándo
es tu cumpleaños ?
Vraagwoorden hebben altijd een accent-teken.
Slide 7 - Slide
This item has no instructions
vraagwoorden
Wat
is dit ?
Hoe
heet jij ?
Waar
woon jij?
Van waar
ben
jij ?
Waarheen
ga jij ?
Wanneer
is jouw verjaardag ?
Hoeveel
kost het ?
Welke
heb je liever ?
Wie
is dat ?
Waarom
zeg jij niets ?
interrogativos
Qué
es esto ?
Cómo
te llamas ?
Dónde
vives ?
De dónde
eres ?
Adónde
vas ?
Cuándo
es tu cumpleaños ?
Cuánto
cuesta ?
Cuál
prefieres ?
Quién
es ?
Por qué
no dices nada?
Slide 8 - Slide
This item has no instructions
Slide 9 - Video
This item has no instructions
Slide 10 - Slide
This item has no instructions
More lessons like this
Unidad 5—páginas 78, 79, 80, 81
March 2022
- Lesson with
16 slides
Spaans
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
Unidad 5—páginas 77, 78 and 79
April 2022
- Lesson with
19 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
Spaans cohort 2019-2020 semana 6.1
January 2021
- Lesson with
14 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 2
Vincent van Gogh: Verdadero o falso
February 2023
- Lesson with
35 slides
by
Van Gogh Museum
Art
Primary Education
Age 10-13
Van Gogh Museum
Gesprekvoeren adhv Tarea final
February 2024
- Lesson with
18 slides
Spaans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
het werkwoord IR = gaan
April 2024
- Lesson with
18 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
Velp Spaans cohort 2023semana 7.1 hoofdstuk 5
1 month ago
- Lesson with
12 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 2
SPAANS UNIDAD 5a
March 2021
- Lesson with
18 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 2