Paragraaf 4 De handel in thee

1 / 19
next
Slide 1: Video
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Vraag en aanbod

Vraag naar producten ↓ = prijs ↓

Vraag naar producten ↑ = prijs ↑

Aanbod van producten ↓ = prijs ↑

Aanbod van producten ↑ = prijs ↓

Slide 2 - Slide

Monocultuur: Een land is voor exportinkomsten grotendeels afhankelijk van slechts een of enkele producten.

Slide 3 - Slide

Ruilvoet
Ruilvoet geeft aan hoeveel een land moet exporteren om een bepaalde hoeveelheid te kunnen importeren.

Slide 4 - Slide

Ruilvoet voor Equador (bananen) verslechtert!!
Ze moeten meer bananen leveren voor zelfde machine

Slide 5 - Slide

Gevolg lage exportprijzen
  • een ongunstige ruilvoet
  • lage lonen
  • lage welvaart

Slide 6 - Slide

Doel grondstoffenfonds
De overheid/instelling koopt de grondstoffen zelf van haar boeren.
 
Door een stabielere prijs van een grondstof, wordt er voor meer stabiliteit gezorgd in de inkomens. 

Slide 7 - Slide

Hoe dan?

Slide 8 - Slide

  • Grondstof opgekocht bij dalende prijs.
  • Opgeslagen.
  • Verkocht bij stijgende prijzen.

Slide 9 - Slide

Problemen grondstoffenfonds

Slide 10 - Mind map

Nadelen grondstoffenfonds
  • aankoop grondstof kost veel geld
  • de opslag kost veel geld
  • prijzen laag blijven, worden de kosten onbetaalbaar.

Slide 11 - Slide

Welk land heeft een slechte ruilvoet met Nederland?
A
De Verenigde Staten
B
Duitsland
C
Groot Brittannië
D
Bolivia

Slide 12 - Quiz

Koffie is een belangrijk exportproduct van Rwanda (land in Oost-Afrika).
Stel dat de exportprijs van koffie uit Rwanda stijgt en de importprijzen voor Rwanda niet veranderen.
Wat zal er dan gebeuren met de ruilvoet van Rwanda?
A
De ruilvoet van Rwanda zal gelijk blijven
B
De ruilvoet van Rwanda zal verslechteren
C
De ruilvoet van Rwanda zal verbeteren

Slide 13 - Quiz

Koffie is een belangrijk exportproduct van Rwanda (land in Oost-Afrika).
Stel dat de exportprijs van koffie uit Rwanda daalt en de importprijzen voor Rwanda niet veranderen.
Wat zal er dan gebeuren met de ruilvoet van Rwanda?
A
De ruilvoet van Rwanda zal gelijk blijven
B
De ruilvoet van Rwanda zal verslechteren
C
De ruilvoet van Rwanda zal verbeteren

Slide 14 - Quiz

Een grondstoffenfonds is een instelling die
A
grondstoffen koopt
B
grondstoffen verkoopt
C
de prijs van een grondstof controleert
D
de prijs van een grondstof stabiel maakt door de aan-en verkoop van een grondstof

Slide 15 - Quiz

Een Nederlands bedrijf verkoopt klompen aan de VS. Hier is sprake van
A
vraag naar euro's en aanbod van dollars
B
aanbod van euro's en vraag naar dollars

Slide 16 - Quiz

Een evenwichtsprijs ontstaat wanneer:
A
Er meer aanbod is dan vraag.
B
De producent tevreden is met de verkoopprijs.
C
Er meer vraag is dan aanbod.
D
Vraag en aanbod gelijk zijn aan elkaar.

Slide 17 - Quiz

Bij een tekort op de arbeidsmarkt
is er sprake van ...
A
veel vraag en weinig aanbod.
B
veel vraag en veel aanbod.
C
weinig vraag en veel aanbod.
D
weinig vraag en weinig aanbod.

Slide 18 - Quiz

huiswerk 
maken 4 tot met 10

Slide 19 - Slide