- Nakijken Lezen H2: 1 t/m 4
- Uitleg manieren van inleiden en afsluiten; samenvatting maken
- Maken opdracht 5 en 6 van Lezen H2
This lesson contains 13 slides, with text slides.
- Nakijken Lezen H2: 1 t/m 4
- Uitleg manieren van inleiden en afsluiten; samenvatting maken
- Maken opdracht 5 en 6 van Lezen H2
Lezen H2:
- Je kunt activerende teksten herkennen.
- Je kunt het publiek van een tekst vaststellen.
- Je kunt signaalwoord een tekstverbanden benoemen.
- Je kunt een tekst samenvatten in kernzinnen en een hoofdgedachte.
1 Tekst 4: een vakantiereis verkopen
Tekst 5: geld inzamelen voor Amref Flying Doctors
2 Welke tekst vind jij het aantrekkelijkst en waarom?
2 Een algemeen publiek
3 Opvallende opmaak, dikgedrukte woorden, onderstreepte zinnen, afbeeldingen, rode letters
5 Wat betekent 'Amref Flying Doctors kan de geworven gelden ook aan vergelijkbare projecten besteden'?
6 De schrijver wil de tekst persoonlijk over laten komen: ik-vorm, handgeschreven handtekening, foto
7 Een algemeen publiek, maar wel meer gericht op vrouwen.
1 Twee tegenstellingen, zoals:
- Ik wil de Moederdag van heel veel vrouwen in
Nederland natuurlijk niet verpesten, maar het is echt zo:
- Om vier uur ’s middags voelt Stella de eerste
wee. Maar de pijn is anders dan ze zich van haar eerdere bevalling herinnert.
2a voorwaarde
2b als
Ze verwijst naar Merel Mirage.
Ze verwijst naar een meisje (dat de knop zag).
Dat verwijst naar Pee under the shower (plas onder de douche)
- inleiding en slot
- een tekst samenvatten
Manieren van inleiden
- het onderwerp van de tekst noemen
- een belangrijke vraag over het onderwerp stellen
- een probleem noemen
- een grappig herkenbaar verhaaltje vertellen
- iemand persoonlijke ervaring beschrijven
- de aanleiding noemen (waarom wordt de tekst geschreven?)
Manieren van afsluiten
- een samenvatting geven
- een conclusie trekken
- antwoord geven op een belangrijke vraag
- de oplossing van het probleem geven
- een advies geven of oproep doen
- Een samenvatting is het noteren van de belangrijkste informatie uit de tekst (hoofdzaken --> kernzinnen).
- Een alinea bestaat uit een kernzin en uitleg of voorbeelden (bijzaken).
- Hoofdgedachte = korte samenvatting van de tekst in één zin (en nooit een vraag)
Huiswerk
Lezen H2: opdracht 3, 4, 5 en 6
(blz. 104 - 109)