Grammatica - 1.7 - les 2

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

Grammatica

Zinsdelen benoemen

Start van de les

• IPad en/of boek op de hoek van je tafel, gesloten.
• Tas op de grond.
• Telefoon en sleutels in je tas

Doelen

In deze paragraaf leer je:

• wat zinsdelen zijn 
• de persoonsvorm herkennen.

Even herhalen

Wat hoort bij zinsdelen benoemen?

1. Lidwoord
2. Zelfstandig naamwoord
3. Bijvoeglijk naamwoord
4. Persoonsvorm

Persoonsvorm

De persoonsvorm (pv) is een belangrijk zinsdeel. In elke zin staat een pv. De pv is altijd een werkwoord (doe-woord) en bestaat meestal uit één woord.

Je vindt de pv door de tijd van een zin te veranderen.

Hoe loop jij naar school? -> Hoe liep jij naar school?

Het woord dat moet veranderen, is de pv. In het voorbeeld is de pv dus: loop.

Tijdproef

De pv vind je met de tijdproef pv:

De persoonsvorm is altijd een...

1. lidwoord
2. zelfstandig naamwoord
3. werkwoord
4. voorzetsel

Wat is de persoonsvorm in de ze zin:

Elisah weet wat de persoonsvorm is.

1. Elisah
2. weet
3. persoonsvorm
4. is

Wat is de persoonsvorm in deze zin:

Ik ga op zoek naar de persoonsvorm.

1. Ik
2. Persoonsvorm
3. Op zoek
4. Ga

Wat is de persoonsvorm?

De persoonsvorm

Mijn moeder

heeft

mijn brood

gesmeerd

Wat is de persoonsvorm?

De persoonsvorm

Wie

komt

mee

naar

Walibi?

Wat is de pv in deze zin?
Hij kan heel goed zwemmen.

Leg uit wat de tijdproef is

Wat is de pv in deze zin?
Waarom lopen de kinderen niet op de stoep?

Wat is de pv in deze zin?
Over hoeveel dagen hebben we vakantie??

Maken Grammatica 1.7

 opdr. 6 t/m 10

Klaar?

• Versterk jezelf ontleden zinsdelen
• Test jezelf 1.7 
• huiswerk maken
• lezen Gozert