Methodiek - H13 1MZ4C

Methodiek 
H 13Activeren, Plannen, Uitvoeren
1 / 31
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Methodiek 
H 13Activeren, Plannen, Uitvoeren

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen vandaag?
  • Presentaties Sociale Kaart
  • Terugblik
  • 13.4
  • Aan de slag
  • Huiswerk 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Bij methodisch werken heb je een methodiek document nodig. Waarom?

Er zijn meerdere antwoorden goed.
timer
0:45
A
Clienten weten dan beter wat hen te wachten staat
B
Zorgverleners kunnen dan precies aangeven welke problemen zij op welke manier aanpakken
C
Verschillende zorgverleners kunnen dan exact dezelfde ondersteuning bieden
D
De manier van werken wordt dan beter bewaakt

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Activeren met als doel:
  • Verhogen van de zelfredzaamheid
  • Leren omgaan met een beperking
  • Bieden van zinvolle dagbesteding
  • Accepteren van de huidige situatie en ermee leren omgaan
  • Stimuleren van deelname aan de samenleving
  • Onderhouden van sociale contacten
  • Realiseren van een bepaald doel uit het behandelplan

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Met het verhogen/vergroten zelfredzaamheid wordt bedoeld:
timer
0:30
A
Dat iemand steeds meer zelf kan
B
Dat je als beroepskracht MZ veel taken overneemt
C
Dat de beroepskracht doet wat de cliënt vraagt

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Soorten activiteiten:


  • Vrijetijdsbesteding
  • Zelfzorgactiviteiten
  • Arbeidsmatige activiteiten
  • Vormings- of educatieve activiteiten
  • Ontwikkelingsgerichte activiteiten

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Waar gaan vormings- of educatieve activiteiten over?
timer
0:30
A
richten zich op de zorg voor het eigen lichaam
B
richten zich op iets produceren of diensten verlenen
C
beogen de ontwikkeling van de cliënt te stimuleren
D
richten zich op iets leren

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

waar gaan arbeidsmatige activiteiten over?
timer
0:30
A
richten zich op de zorg voor het eigen lichaam
B
richten zich op iets produceren of diensten verlenen
C
beogen de ontwikkeling van de cliënt te stimuleren
D
richten zich op iets leren

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Waar gaan ontwikkelingsgerichte activiteiten over?
timer
0:30
A
richten zich op de zorg voor het eigen lichaam
B
richten zich op iets produceren of diensten verlenen
C
beogen de ontwikkeling van de cliënt te stimuleren
D
richten zich op iets leren

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Plannen:
  • Voorbereiding activiteit d.m.v. een werkplan/plan van aanpak:
             - Wie is de cliënt?
                       - Algemene levensloop
                       - Behoeften en mogelijkheden van de cliënt
             - Doel van de activiteit
             - Stappenplan uitvoering activiteit
                       - Op welke locatie, wanneer, hoe enz.
             - Evaluatievragen opstellen
  • Afstemmen met collega’s en naasten

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Marjan is 18 jaar en heeft het Syndroom van Down. Zij gaat niet naar school, zit veel thuis, maar heeft wel vrienden.
Met welke doelen ga je een activiteit inzetten?
timer
1:00

Slide 11 - Open question

zelfstandigheid bevorderen, scholing, mogelijkheden stimuleren, intergreren in de samenleving
Doelen van de activiteit kunnen bijv. zijn:
  • Zelfstandigheid bevorderen
  • Aanwezige mogelijkheden stimuleren
  • Sociale contacten bevorderen
  • Recreatie en ontspanning
  • Interesses uitbreiden
  • Integreren in de samenleving
  • Ontwikkeling stimuleren
  • Scholing bieden

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Leren hoe je zelfstandig met de bus van huis naar de dagbesteding reist.
Knippen en plakken.
Het verzorgen van de nagels.
Vormings- of educatieve activiteiten
Ontwikkelingsgerichte activiteiten
Zelfzorgactiviteiten

Slide 13 - Drag question

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Samen met een cliënt kies je voor een bepaalde activiteit. De voorbereiding op de activiteit is de belangrijkste fase. De keuzes die je maakt, leg je vast in een plan.

Waarom is het maken van een plan als voorbereiding op de activiteit belangrijk?
timer
0:30
A
Omdat dit ervoor zorgt dat je alle stappen zet die nodig zijn om de activiteit succesvol uit te voeren.
B
Omdat evalueren zonder werkplan onmogelijk is.
C
Omdat je daarmee je cliënten goed kunt voorbereiden en motiveren om aan de activiteit mee te doen.

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

timer
1:00
Wat komt er volgens jou kijken bij het uitvoeren van een activiteit?

Slide 16 - Mind map

This item has no instructions

Uitvoeren:
Voordat je daadwerkelijk aan een handeling of activiteit begint, doe je het volgende:
  • De cliënt(en) motiveren 
  • Cliënt(en) voorbereiden
  • Vertellen wat er gaat gebeuren en hoe (instructies en uitleg)

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Wat motiveert jou om in beweging te komen?
timer
1:00

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Hoe zou jij de cliënt gaan motiveren om deel te nemen aan de activiteit of handeling?
timer
1:00

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

Voorbereiden:
  • Hoe lang van te voren en op welk moment kaart ik aan dat ik de activiteit    wil doen?
  • Hoe kaart ik het aan?
  • Mogelijke reactie van de cliënten en hoe bereid ik me daarop  voor?
  • Later nog herhalen?
  • Lichtelijk druk opvoeren? Hoe?
  • Wat doe ik als de cliënten niet mee willen doen, niet gemotiveerd zijn?


Slide 20 - Slide

This item has no instructions

timer
1:00
Waar moet volgens jou een goede instructie aan voldoen?

Slide 21 - Mind map

This item has no instructions

Instrueren (of uitleggen):

  • Vertellen wat er precies gaat gebeuren
  • wie wat doet en
  • op welke manier.
  • Hangt van de cliënt of cliëntgroep af wat en op welke manier je vooraf uitlegt: sommigen willen stap voor stap weten wat er komen gaat, terwijl anderen er juist onzeker van worden.



Slide 22 - Slide

This item has no instructions

timer
1:00
Op welke wijze kun je instrueren?

Slide 23 - Mind map

This item has no instructions

Verschillende manieren van instrueren

  • Verbaal, mondeling en/ of schriftelijk:
       Vertellen en/of gebruik maken van papier, schema's  en plaatjes.
  • Voordoen of demonstreren:
       Je doet voor hoe het moet en/of laat een filmpje zien.
  • Samen doen
  • Stap voor stap:                                                                                                                                                             Soms is het beter een grote activiteit of handeling op te delen in deelactiviteiten of             deelhandelingen. Elk deel kan dan afzonderlijk worden uitgelegd, voorgedaan of samen  gedaan.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

timer
1:00
Wat is volgens jou een draaiboek?

Slide 28 - Mind map

This item has no instructions

Draaiboek:
Bij grote activiteiten maak je gebruik van een draaiboek.

Bij kleine activiteiten heb je voldoende aan een activiteitenschema.

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Tijdens de uitvoering van een activiteit is het belangrijk om steeds te evalueren. Misschien moeten de doelen bijgesteld worden.
timer
0:30
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag:
  • Lees H13: 13.4 Uitvoeren
  • Maken: Thema 3, hoofdstuk 13:                                                     Niveau 3 & 4: opdracht 3 en 4                                                                   Niveau 4: alle opdrachten

Slide 31 - Slide

This item has no instructions