This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slide.
Items in this lesson
eindvragen
Slide 1 - Slide
Al jaren wordt onderzoek gedaan naar een anticonceptiepil voor mannen: de mannenpil. Hierbij krijgen mannen een pil met daarin vrouwelijke geslachtshormonen (oestrogenen). Dit zorgt ervoor dat de zaadproductie stil komt te liggen. Daarnaast krijgen de mannen ook extra testosteron toegediend.
Wat is de reden dat mannen extra testosteron krijgen, als ze de mannenpil slikken?
Slide 2 - Open question
In welke periode vindt (gemiddeld genomen) de innesteling plaats?
A
P
B
Q
C
R
Slide 3 - Quiz
En in welke periode vindt de menstruatie plaats?
A
P
B
Q
C
R
Slide 4 - Quiz
Twee-eiige tweeling; uit hoeveel zaadcellen en hoeveel eicellen zijn zij samen ontstaan?
A
1 zaadcel, 1 eicel
B
1 zaadcel, 2 eicellen
C
2 zaadcellen, 1 eicel
D
2 zaadcellen, 2 eicellen
Slide 5 - Quiz
Weeën zijn samentrekkingen van de spieren in de baarmoederwand
A
Waar
B
Nietwaar
Slide 6 - Quiz
Ontsluiting
Uitdrijving
Nageboorte
Weën zorgen ervoor dat Baarmoederhals wijder wordt
Kind wordt naar buiten gebracht met pers weeën
Placenta en vruchtvliezen verlaten het lichaam
Slide 7 - Drag question
Wat is een stuitligging?
A
het kindje komt eerst met het kontje naar buiten.
B
het kindje komt eerst met het hoofdje naar buiten
Slide 8 - Quiz
Waarom zit een embryo met de navelstreng vast aan de placenta?
A
Deze beschermt het embryo tegen stoten, uitdrogen en wisseling van temperatuur .
B
om het bloed uit te wisselen met de moeder.
C
Hierdoor stromen voedingstoffen naar het toe. Afvalstoffen gaan van embryo naar placenta.
D
Om gehecht te raken aan de moeder.
Slide 9 - Quiz
Zet in de juiste volgorde: 1. uitdrijving 2. ontsluiting 3. nageboorte 4. innesteling
A
1 - 2 - 4 - 3
B
4 - 1 - 2 - 3
C
4 - 2 - 1 - 3
D
2 - 1 - 4 - 3
Slide 10 - Quiz
1. Placenta: Deel van de baarmoederwand waar bloed in bloedvaten van het embryo vlak langs het bloed van de moeder stroomt.
2. Functie van de placenta: Het embryo neemt hieruit voeding en zuurstof op
A
1 waar
2 nietwaar
B
1 nietwaar
2 waar
C
beide waar
D
beide nietwaar
Slide 11 - Quiz
Vruchtvliezen beschermen het embryo tegen uitdroging, stoten en snelle wisselingen in temperatuur
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quiz
Virale SOA
Bacteriële soa
Chlamydia
Hiv
herpes genitalis
Hepatitis B
Gonorroe
Syfilis
Slide 13 - Drag question
SOA's die bestreden kunnen worden met antibiotica
Chlamydia
Herpes genitalis
Gonorroe
Hepatitis B
HIV (AIDS)
Syfilis
Slide 14 - Drag question
Welke van de besproken voorbehoedsmiddelen bescherm ook tegen Soa's?